’Mantelzorgers glippen dikwijls tussen de mazen van het net,’ zegt Jacob Decavel, stafmedewerker bij de dienst Regie Gezondheid en Zorg van de stad Gent. ‘Veel professionals hebben aandacht voor de zorgvrager en de eigen specifieke doelgroep. Voor de mantelzorger is er dikwijls veel minder aandacht, en het laatste jaar al helemaal. Bovendien waren de initiatieven voor mantelzorgers in Gent heel gefragmenteerd. We hebben de mantelzorgers nu in een netwerk samengebracht om hen sterker en beter te maken. Een mantelzorghub is een concept om zo’n netwerk op te starten en uit te bouwen.’
‘Mantelzorgers hebben nooit harder gesnakt naar betere ondersteuning dan in coronatijden,’ vult Sigrid Depinois aan. Zij startte in Kortemark als maatschappelijk werker voor het sociaal huis een mantelzorghub op. ‘Sindsdien zien we veel duidelijker wat de mantelzorgers nodig hebben. Samen met hen zoeken we oplossingen. Hiervoor geeft de mantelzorghub ons de ideale handvatten. Nu hebben de mantelzorgers ook meer het gevoel dat er naar hen wordt geluisterd.’
Lokaal mantelzorgbeleid ontwikkelen
Uit de omgevingsanalyse bleek dat er in Kortemark meer mantelzorgers zijn dan in de omliggende gemeenten. ‘Daarom organiseerden we in 2017 een mantelzorgfeest,’ zegt Sigrid Depinois. Een schot in de roos. ‘Maar we merkten toen ook hoezeer mantelzorgers ondersteuning tekort kwamen. Daarom wilden we voor hen een netwerk maken, om nog duidelijker te weten te komen wat ze precies nodig hadden. Juist op dat moment hoorden we over het concept van de “mantelzorghub” onder begeleiding van iDROPS. We zijn vrij snel met hen in zee gegaan.’
Ook het Gentse stadsbestuur wilde werk maken van mantelzorgbeleid en mantelzorgers beter ondersteunen. ‘Het bestuur zette dit als doelstelling in het meerjarenplan,’ zegt Jacob Decavel. ‘Het was een doelstelling in het ouderenbeleid, maar we richten ons niet uitsluitend tot de ouderen. We vergeten de jonge mantelzorgers niet.’ In het Gentse meerjarenplan zijn er voor mantelzorgers ook acties waarvoor andere diensten verantwoordelijk zijn, zij worden hiervoor door een gecentraliseerde functie aangestuurd. ‘De mantelzorgers zijn ook vertegenwoordigd in de zorgraad van de eerstelijnszone. Mijn collega’s die daarvoor verantwoordelijk zijn, dragen dus ook bij aan het mantelzorgbeleid,’ zegt Jacob Decavel.
Geëngageerde mantelzorgers aantrekken
Een van de belangrijke pijlers van de mantelzorghub is de samenstelling van een kerngroep van geëngageerde mantelzorgers, want zij zullen het lokale mantelzorgbeleid vorm geven. ‘Voor de opstart van de mantelzorghub in Gent bestond er geen expliciete participatie van mantelzorgers. Ze waren wel vertegenwoordigd in de seniorenadviesraad en konden op die manier advies geven aan het beleid. Maar door de mantelzorgers een expliciete plaats te geven in een kerngroep heeft dat veel meer participatie opgeleverd,’ zegt Jacob Decavel die ook de koppeling met de zorgraad maakt. ‘De vertegenwoordiger van de mantelzorgers in de zorgraad zit in de kerngroep van de mantelzorghub.
Omgekeerd vertolkt deze vertegenwoordiger de stem van de kerngroep in de zorgraad. De kerngroep geeft het beleid tijdens een bijeenkomst adviezen en ideeën voor projecten. Sommige van deze mantelzorgers delen ook actief hun verhaal met professionals, burgers of politici. Ze treden dus op als mantelzorgambassadeurs. Dat t leidt tot meer draagvlak en impact.’
Sigrid Depinois: ‘In Kortemark staat de kerngroep dan weer vooral in voor de organisatie van het mantelzorgcafé. Ze stelt mee het programma op, maakt promotie en helpt met de ontvangst tijdens het café.’ Intussen hoort Sigrid Depinois mogelijke problemen. ‘Zo willen we nu nadenken over hoe we meer jonge mantelzorgers kunnen bereiken. Voor ons is die kerngroep zeer belangrijk, want de leden fungeren als ervaringsdeskundigen, zij weten heel goed wat er leeft onder de mantelzorgers.’
Afstemming van vraag en aanbod
Professionele zorgverleners overleggen met de mantelzorgers in een ‘stakeholdersgroep’, een tweede belangrijke pijler van de mantelzorghub. ‘Dit overleg daagt de professionals uit om met betrekking tot zorg en ondersteuning van zorgvragers mee na te denken over concrete oplossingen die ook voor de mantelzorgers versterkend werken,’ zegt Jacob Decavel. De stakeholdersgroep in Gent is vrij groot, vijftig professionals met diverse achtergrond nemen eraan deel.
‘Door corona moesten we de groep opsplitsen om online workshops te organiseren. Dat werkt goed. Zo hebben we bijvoorbeeld in een van de workshops samen met de mantelzorgers en de professionals een “samenspraakfiche” ontwikkeld. De mantelzorgers gaven aan wat wel en niet zou werken. Een tweede voorbeeld is de workshop die we organiseerden over de rol van de mantelzorger in het woonzorgcentrum.’
Surplus door overzicht en verbinding
‘Het stakeholdersoverleg zorgt er niet alleen voor dat professionals en mantelzorgers elkaar beter leren kennen, we kunnen hierdoor ook het bestaande aanbod aan ondersteuning voor mantelzorgers in kaart brengen,’ zegt Sigrid Depinois. ‘Dat is erg nuttig voor de mantelzorgers om weer een goed overzicht te krijgen.’
‘Zo kunnen we het aanbod voor mantelzorgers vanuit de gemeente of stad ook verbeteren,’ zegt Jacob Decavel. ‘We bekijken bijvoorbeeld of we bepaalde tools moeten aankopen en of we een bepaalde opleiding waar vraag naar is, kunnen organiseren voor professionals van verschillende zorgorganisaties die in verschillende wijken actief zijn. Hierdoor moeten die professionals zelf minder op zoek gaan en verlichten we hun werklast, zodat zij meer tijd hebben om de mantelzorgers te ondersteunen. Daar zijn ze trouwens erg goed in, dus we versterken hen daarin dan ook graag.’
Het lokale bestuur regisseert
Het zijn de professionals die de mantelzorgers ondersteunen, terwijl mensen zoals Jacob Decavel professionals en mantelzorgers vanuit verschillende organisaties en werkingen samenbrengen. ‘Veel professionals weten niet wat de anderen doen; door elkaar in de stakeholdersgroep beter te leren kennen kunnen ze gemakkelijker doorverwijzen. We versterken dit door vanuit de stad uitwisseling van informatie te stimuleren,’ zegt Jacob Decavel die mee vanuit de stadsdienst Regie Gezondheid en Zorg de decentrale mantelzorgwerking regisseert. ‘De lokale dienstencentra zijn het aanspreekpunt voor de mantelzorgers, omdat zij het dichtst bij hen staan. Maar onze dienst vormt het centrale aanspreekpunt voor de professionals.’
Ook voor Sigrid Depinois is het de taak van het lokale bestuur om stakeholders met elkaar in contact te brengen, zodat ze gemakkelijker naar elkaar kunnen doorverwijzen. ‘We hebben in Kortemark sinds enkele jaren ook een thuiszorgplatform dat goed werkt. We brengen daarop alle zorgaanbieders van de eerste lijn samen. Nu bekijken we hoe de stakeholdersgroep van de mantelzorghub en het thuiszorgplatform elkaar nog meer kunnen versterken.’
Succes mantelzorghub
Voor Sigrid Depinois moet de gemeente de trekker-regisseur zijn. ‘Maar je moet ook vanuit het beleid tijd en middelen krijgen om mantelzorgers te ondersteunen. Daarnaast is de kerngroep in de mantelzorghub een succesfactor. Voor mij persoonlijk is de kerngroep een grote steun, omdat mantelzorgers en professionals het best weten wat er leeft onder de mantelzorgers. Ze helpen mij met de praktische uitwerking van de mantelzorgcafés en met de promotie ervan. Ze spreken andere mantelzorgers aan. Dat werkt heel goed.’
‘Met kleine acties kun je al een groot verschil maken,’ zegt Jacob Decavel. ‘De kracht zit in samenwerking. Via de kerngroep hou ik een vinger aan de pols. De mantelzorghub geeft ook de ruimte om je eigen ding te doen. We proberen in Gent altijd de koppeling te maken met andere acties, zoals de tiendaagse van de veerkracht bijvoorbeeld. Want de veerkracht van mantelzorgers staat dikwijls onder druk. We bekijken in ons netwerk wie iets wil organiseren voor mantelzorgers tijdens de tiendaagse. We hoeven zo niet elke activiteit zelf te organiseren vanuit de stad, maar we versterken de actie wel.’
Ook Sigrid Depinois noemt samenwerking belangrijk. ‘Zo voorkom je dat iedereen op zijn eiland werkt. Vanuit diezelfde optiek probeer ik ook telkens de koppeling te maken met andere beleidsdoelstellingen van het lokale bestuur.’
Positieve reacties
Sigrid Depinois en Jacob Decavel spreken opvallend gepassioneerd over hun mantelzorghub. Hoe dat komt? ‘Toen in september een dame voor de eerste keer naar de kerngroep kwam, nam de groep haar onvoorstelbaar snel op. Aan de telefoon vertelde ze me daarna dat ze zich zo welkom had gevoeld en dat ze zeker zou terugkomen,’ zegt Sigrid Depinois. ‘Op zo’n moment denk je “Yes!”. Je merkt dat mantelzorgers dat sociale contact echt nodig hebben en dat ze – zeker in deze coronatijden – veel steun bij elkaar vinden. We hebben tijdens corona ook iedereen opgebeld en je merkt dat de mantelzorgers de fysieke bijeenkomsten wel missen. Ze willen heel duidelijk hun ervaringen kunnen delen.’
Jacob Decavel was tijdens het eerste grote stakeholdersoverleg erg onder de indruk van twee getuigenissen van mantelzorgers. ‘Ze deden een oproep naar de professionals om meer aandacht te hebben voor de mantelzorgers. Daar kwamen veel positieve reacties op. De inwerking van de getuigenissen van deze twee mantelzorgers is in Gent heel groot geweest.’
Dat mantelzorgers erkend worden, is volgens Sigrid Depinois erg belangrijk: ‘Veel mensen beseffen zelf niet dat ze mantelzorger zijn. Daardoor weten ze niet wat er allemaal bestaat. We proberen dat euvel te verhelpen door voldoende informatie te verschaffen aan al onze inwoners. Daarnaast trachten we de mantelzorgers zoveel mogelijk te waarderen voor hun inspanningen. Dat kan met kleine attenties, zoals een kaartje op de Dag van de Mantelzorger. Mantelzorgers voelen zich ook lotgenoten, als ze met elkaar in contact komen. Dat geeft hun een uitlaatklep en zo merken ze dat ze niet alleen in die situatie zitten. Dat maakt het voor hen draaglijker.’
‘Mantelzorgers geven de mensen voor wie ze zorg dragen veel warmte,’ zegt Jacob Decavel nog. ‘Door hen met elkaar in contact te brengen, te verbinden en zo met de mantelzorghub netwerken uit te bouwen heb ik het gevoel dat ik aan mantelzorgers ook heel veel warmte terug kan geven.’ •
Lore De Clercq is productdesigner bij iDrops en Dany Dewulf is VVSG-stafmedewerker inclusie en vermaatschappelijking van zorg
Voor Lokaal 02 | 2021
Een mantelzorghub. Hoe werkt dat?
Een mantelzorghub bestaat uit een mantelzorgcollege, een mantelzorgcafé en een mantelzorghub online. Het mantelzorgcollege bestaat uit een aantal opleidingssessies waarna lokale besturen zelfstandig hun mantelzorghub kunnen ontwikkelen. De mantelzorgcafés zijn maandelijkse bijeenkomsten georganiseerd voor en door mantelzorgers. De mantelzorghub online is een gemeentelijke webpagina waarop alle activiteiten en informatie gebundeld staan en waar mantelzorgers ook met elkaar in contact kunnen komen.
Het concept slaat overal aan. Telkens wordt vertrokken van wat er al bestaat. Er wordt op maat gewerkt, waardoor elke mantelzorghub in Vlaanderen uniek is. Om een mantelzorghub tot stand te brengen kan een lokaal bestuur een beroep doen op iDROPS, een sociaal innovatiebureau dat ook Kortemark en Gent heeft begeleid. ‘Het gaf ons de juiste kapstok,’ zegt Jacob Decavel. ‘iDROPS had het ontwerp al uitgetest.
Tegelijk is het concept van de mantelzorghub flexibel, aanpasbaar aan wat er lokaal nodig is. De medewerkers van iDROPS brengen de ervaringen van andere steden en gemeenten mee. Zo organiseerden de collega’s van Leuven op de Dag van de Mantelzorg een grote bijeenkomst in de bibliotheek die ons zeer inspireerde.’ Sigrid Depinois stond er dankzij iDROPS in Kortemark niet alleen voor. ‘Als ik advies nodig had, kon ik altijd bij iDROPS terecht. Het was ook aangenaam samenwerken. We kregen communicatiemateriaal, zoals flyers.
Zo kon ik sneller van start gaan.’ Maar wat nu, na die intensieve begeleiding? ‘We doen gewoon voort zoals we bezig zijn,’ zegt Sigrid Depinois. ‘We gaan niet echt iets veranderen. Al is het verhelderend met collega’s van de andere mantelzorghubs van gedachten te wisselen.’
Ook Jacob Decavel ziet in Gent de mantelzorghub nog verder evolueren. ‘In het begin waren we vooral bezig met grote events en netwerken, maar daarnaast geloven we in kleinschalige netwerken. We willen ook uitbreiden naar mantelzorgers die we nu nog minder bereiken, bijvoorbeeld mantelzorgers met een migratieachtergrond. Maar het concept van de kerngroep en stakeholdersgroep is zeker iets dat we zullen voortzetten, want dat heeft duidelijke pluspunten.’