2022Lokaal03 - Detentiehuizen.png
Provider image

‘Van gevangenis naar detentiehuis’, kopte een artikel in Lokaal in 2017. Toen was het nog een idee, ondertussen is het werkelijkheid. Tegen het einde van de huidige bestuursperiode wil minister van Justitie Vincent Van Quickenborne maar liefst vijftien detentiehuizen openen. Vanaf 1 juni worden immers ook alle straffen onder de drie jaar uitgevoerd. Daarvoor zijn er 600 extra plaatsen nodig binnen het gevangeniswezen. Waarin liggen de uitdagingen en kansen voor lokale besturen?

Het kabinet Justitie omschrijft de detentiehuizen als kleinschalige en laag beveiligde gevangenissen speciaal afgestemd op kortgestraften. Het eerste detentiehuis komt in Kortrijk, tevens thuisstad van de minister. Het gebouw deed eerder dienst als woonzorgcentrum. Na een aantal aanpassingen zal het plaats bieden aan een vijftigtal gedetineerden die veroordeeld werden tot een korte straf.

Van een lokaal bestuur vraagt de keuze voor het verwelkomen van een detentiehuis enige moed. Ook het college van Kortrijk zat met een hoop vragen en onduidelijkheden over wat de stad precies kan verwachten bij de komst van een detentiehuis. Een locatie vinden is één ding, maar wie zal er in dat detentiehuis terechtkomen? Wat verwacht het detentiehuis van de plaatselijke organisaties en hoe zit het met de druk op bijvoorbeeld de politie-eenheden? Ook de buurtbewoners maken zich zorgen. Zal zo’n detentiehuis de criminaliteit niet opdrijven? Wat met onze veiligheid? Veel vragen en op dit moment weinig antwoorden. Om iets te doen met de vele vragen van de buurtbewoners in Kortrijk werd in oktober 2021 een buurtvergadering georganiseerd. Zo’n 300 mensen namen eraan deel. De algemene teneur is dat het concept op zich wel op begrip kan rekenen. Maar er heerst ongerustheid over de concrete uitwerking en er is vooral nood aan overleg.

vooral nood aan overleg. Bart Somers, Vlaams minister van Samenleven en Binnenlands Bestuur en daarvoor lang burgemeester van Mechelen, kwam op het buurtoverleg in Kortrijk getuigen over de situatie in zijn stad. Toen Mechelen een tijdlang werd geteisterd door onveiligheid en criminaliteit, zocht de burgemeester samen met de dienst jeugdhulp naar een oplossing. Dat leidde tot de oprichting van een gesloten jeugdinstelling. In 2019 opende het eerste transitiehuis van België zijn deuren in Mechelen. Dit transitiehuis biedt plaats aan een vijftiental gedetineerden die aan het einde van hun detentietraject zitten. De bedoeling van dit huis is om op een goede manier de overstap te maken van een leven in detentie naar de samenleving. De ervaring van bestuurders en inwoners in Mechelen is positief: in plaats van een stijging van criminaliteit en onveiligheid merken ze net het omgekeerde. Mechelen hoopt mettertijd ook een detentiehuis te kunnen openen in samenspraak met Justitie.

 

Kleinschalig, gedifferentieerd, lokaal verankerd

Vzw De Huizen is al sinds 2012 bezig met het concept van detentiehuizen en ziet het lokale bestuur als een noodzakelijke partner in het verhaal. ‘Uit jarenlang onderzoek en contacten met academici, mensen uit het werkveld en de politiek blijkt dat iedereen het erover eens is dat de gevangenis zoals we ze vandaag kennen, niet meer beantwoordt aan de behoeften,’ zegt coördinator Marlies Gailliaert. ‘Het vraagt moed en durf om in een project als de detentiehuizen te stappen, maar zoals de ervaring in Mechelen leert, betekent het op de langere termijn een meerwaarde, zowel voor de gedetineerden als voor de buurt en zelfs breder voor de stad.’

Voor De Huizen rust het concept van een detentiehuis op drie pijlers die samen de sleutel tot succes vormen: een detentiehuis moet kleinschalig zijn, gedifferentieerd en verankerd in de buurt. Daarmee zijn meteen ook de verschillen met de klassieke gevangenis aangestipt. ‘Detentiehuizen zoals wij ze zien, bieden plaats aan maximaal dertig personen,’ legt Marlies Gailliaert uit. ‘Ze zijn geen extra mogelijkheid tot het opsluiten of uitsluiten van mensen. Wel zijn het huizen waar gedetineerden afkomstig uit de streek kunnen verblijven, in een kleine gemeenschap, en waar ze zich kunnen klaarstomen voor een leven na hun detentie waarbij ze hun opleiding afwerken of op zoek gaan naar werk. Kortom, ze nemen hun leven weer op een positieve manier in handen dicht bij de plaats waar ze wonen.’

In het kader van strafdifferentiatie pleit De Huizen ervoor die gedetineerden samen te zetten die er ook iets aan hebben om samen te zitten, namelijk omdat ze gemeenschappelijke perspectieven hebben. ‘Het kabinet Justitie kijkt voor detentiehuizen nu vooral naar kortgestraften, maar die groep is eigenlijk veel te divers,’ vreest Marlies Gailliaert. ‘Wij denken als vzw eerder aan huizen voor specifieke doelgroepen, bijvoorbeeld jonge gedetineerden tot 25 jaar. Zij vergen een bijzondere behandeling, vanwege hun leeftijd.’

De nabijheid in de buurt vormt een derde, heel belangrijke pijler. Hiervoor is goede communicatie met het lokale bestuur noodzakelijk. Structurele samenwerking met een bedrijf in de buurt of met een nabijgelegen school of opleidingscentrum behoort tot de mogelijkheden. De gedetineerden kunnen omgekeerd ook iets betekenen voor de buurt, gemeente of stad. In Kortrijk zullen stad en detentiehuis bijvoorbeeld samenwerken met hogeschool VIVES. Marlies Gailliaert: ‘De hogeschool moest aanvankelijk wennen aan het idee maar zag na verloop van tijd vooral kansen. Verschillende opleidingen zoals die in maatschappelijke veiligheid en sociaal werk kunnen iets betekenen binnen het detentiehuis. Omgekeerd kunnen bewoners van het detentiehuis misschien een meerwaarde betekenen voor de campus? De tijd zal dit duidelijk maken, maar de bereidheid tot samenwerking is er, dat kunnen we alleen maar toejuichen.’ De Huizen is tevreden dat het concept van detentiehuizen realiteit wordt, maar wil het blijven bewaken. ‘Wat we vooral niet willen is nog meer van hetzelfde soort gevangenissen als er al zijn. We willen detentiehuizen die klein zijn van schaal, aangepast aan de noden van de gedetineerden en ingebed in de buurt. We rekenen op de lokale besturen om na te denken over het concept en kritische vragen te stellen, zodat de detentiehuizen echt een verschil kunnen maken voor de inwoners van hun gemeente of stad.’ —

 

Melissa Rasschaert is VVSG-stafmedewerker lokaal veiligheidsbeleid
Marlies Gailliaert is coördinator van vzw De Huizen
Voor Lokaal 03 | 2022

Meer informatie via dehuizen.be, marlies@dehuizen.be
Lees zeker ook 'Van gevangenis naar detentiehuis'