lokaal_20230301_45_springplank.png
Provider image

Maatwerkbedrijven, je kent ze als organisaties die werk op maat bieden aan personen met een psychosociale problematiek en personen met een arbeidshandicap. Je kent ze (hopelijk) als bedrijven die actief zijn in 1001 sectoren en vaak in onderaanneming werken voor reguliere bedrijven. Maar ken je ze ook als tijdelijke werkplek voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in het algemeen en werknemers in een artikel 60-tewerkstelling (kortweg ‘artikel 60’ers’) in het bijzonder?

Sommige maatwerkbedrijven bieden een werkplek aan artikel 60’ers. De kringwinkels zijn een traditionele aanbieder, maar ook onder de voormalige beschutte werkplaatsen zijn er organisaties die artikel 60’ers in dienst nemen. Mariasteen uit Gits, Demival uit Deinze, Footstep uit Brugge en WAAK uit Kuurne bijvoorbeeld, daar maken de artikel 60’ers gemiddeld vijf procent van het werknemersbestand uit. Zij lichten toe waar voor hen de positieve kanten liggen.

 

Wie zijn de artikel 60’ers?

Het profiel van mensen die via artikel 60 in maatwerkbedrijven belanden, is divers. Soms hebben ze nog veel ondersteuning nodig. Lieven Trioen, coördinator van ZOWE (‘Zorgzaam Werk’), activeringsinitiatief van maatwerkbedrijf WAAK: ‘Onze ervaring is dat het meestal mensen zijn die nog veel ondersteuning nodig hebben voordat ze op de reguliere arbeidsmarkt zouden kunnen starten. Vandaar dat ze bij ons ook meestal in ZOWE starten, waar we voornamelijk mensen met een arbeidszorgprofiel tewerkstellen. Mensen met een hoge nood aan begeleiding dus, die nog niet klaar zijn voor een aanstelling in het maatwerkbedrijf. Zeker op het gebied van arbeidsattitude is er vaak nog werk aan de winkel.’

Evengoed zijn mensen soms meteen inzetbaar in activiteiten zoals groenonderhoud, horeca of schildersploegen. Jan Van Hoe, sociale dienst maatwerkbedrijf Demival: ‘Bij ons zijn het over het algemeen mensen die we meteen in de productie kunnen inschakelen. Vaak hebben ze voldoende competenties om hun werk goed uit te voeren, maar slagen ze daar door een barrière zoals taalachterstand of laaggeschooldheid in een regulier bedrijf niet (meteen) in.’

Een meerderheid van de tewerkgestelde artikel 60’ers heeft een migratieachtergrond, maar evengoed gaat het soms om mensen in armoede.

 

Waar komen ze vandaan?

Artikel 60’ers worden meestal aangebracht door het lokale OCMW. De wetgeving is overal gelijk, maar de lokale eigenheid bepaalt veel wat betreft het profiel van mensen en de manier van toeleiding.

Lieven Trioen: ‘Hier in de regio Zuid-West-Vlaanderen zijn er tien verschillende OCMW’s die ons artikel 60’ers bezorgen. Het profiel en het niveau van de mensen die ze toeleiden, verschilt. Zo spreken sommigen heel behoorlijk Nederlands en is dat bij anderen nog behelpen. We stellen wel vast dat de grotere OCMW’s veel meer mogelijkheden hebben om mensen te activeren. Terwijl dit in Roeselare gecoördineerd wordt door één OCMW dat de regie voor alle gemeentes voert. Dat is handig, omdat je dan één centraal aanspreekpunt hebt voor samenwerking en stages. Op die manier kom je op een gerichte manier tot activering. Het gaat een versnippering van middelen tegen.’

Tiny Vandierendonck, trajectcoach bij Footstep: ‘Het OCMW zoekt in eerste instantie naar activiteiten die in de interessesfeer van de kandidaat liggen. Footstep heeft een vrij ruim aanbod. De artikel 60’er komt op een werkvloer terecht waar voldoende ondersteuning is. In samenwerking met het OCMW wordt de tewerkstelling regelmatig geëvalueerd en bijgestuurd als dat nodig is.’

 

Waar gaan ze naartoe?

Een aanstelling in het kader van artikel 60 kan maximaal twee jaar duren. Waar mensen na afloop belanden loopt nogal uiteen. Een deel stroomt door naar een reguliere baan. Koen Staelens, algemeen directeur Mariasteen: ‘In totaal schatten we dat zes van de tien artikel 60’ers doorstromen naar reguliere tewerkstelling, drie van de tien blijven bij ons als omkaderingslid of maatwerker en één van de tien kent geen succes. Diens overeenkomst wordt dus vroegtijdig beëindigd. Wij zien een grote doorstroom naar bedrijven die actief zijn in groenonderhoud of karwei- en schilderwerken. Die bedrijven sturen kleine groepjes mensen uit en gaan meestal vlot om met werknemers met pakweg een taalachterstand.’

Een deel van de mensen krijgt dus aansluitend een contract bij het betrokken maatwerkbedrijf, als maatwerker of als omkaderingslid. Zo heeft Mariasteen er recent een grafisch vormgever bij gekregen in het communicatieteam.

En dan is er helaas nog een deel dat de tewerkstelling niet afmaakt. Koen Staelens: ‘Vooral in de horeca haken mensen af, omdat de werkattitude of de groeicurve niet volstaat. Mensen starten er vaak met een bepaald beeld van de job in het hoofd, maar haken dan bijvoorbeeld af vanwege de onregelmatige werkuren. Sommige mensen hebben er ook moeite mee onder een vrouwelijke leidinggevende te functioneren.’

Toch betekent dit niet dat het geen succes is. Jan Van Hoe: ‘De trajecten lukken niet altijd, maar voor veel mensen is een aanstelling bij ons toch de best mogelijke opstap naar ander werk.’

 

Experts in begeleiding en diverse werkvloeren

De maatwerkbedrijven evalueren het werk met artikel 60’ers positief, ze zien duidelijk het potentieel. De competenties om te werken zijn bij deze werknemers in de kern aanwezig. Dat een aantal van hen doorstroomt naar een ‘reguliere’ tewerkstelling in het maatwerkbedrijf, is met de huidige krapte op de arbeidsmarkt – ook voelbaar voor maatwerkers! – een positieve zaak. Bovendien zien ze het ook als een vorm van dienstverlening en kansen geven, die rechtstreeks voortvloeit uit hun missie om zoveel mogelijk mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk te helpen.

Toch is het een uitdaging om de werking structureel te verankeren, omdat er geen constante instroom is. Koen Staelens: ‘Een paar jaar geleden hadden we dertig artikel 60’ers in enclave bij één klant, maar vandaag is het soms “harken” om nieuwe mensen bijeen te krijgen. Op die manier kunnen we ons aanbod aan de klant niet garanderen. We kunnen er dus onze werking niet op bouwen.’

Omgekeerd beschouwen ze hun expertise betreffende begeleiding van mensen en hun diverse werkvloeren als een troef voor de tewerkstelling. Lieven Trioen: ‘Wij zijn experts in mensen aan het werk krijgen, ongeacht hun competenties en situatie. Dus ook voor werknemers in een artikel 60-statuut is de manier waarop wij werk organiseren haalbaar. Werken bij ons is de best mogelijke springplank. Doordat we ook nog een groot aantal verschillende activiteiten uitvoeren, is het relatief eenvoudig om werk in de lijn met hun competenties te vinden. De artikel 60’ers worden in alle WAAK-afdelingen ingezet. Er zijn tientallen mogelijkheden. Verpakken, monteren, broodjes smeren, groenonderhoud, bloemen kweken... Je zegt maar, wij doen het. Op die manier biedt onze activiteit een mooie opstap naar werk in het reguliere circuit.’ —

 

Nathalie Colsoul en Pieter Valkeneers van Groep Maatwerk | Beelden Filip Claus en GF
Voor Lokaal 03 | 2023

Interesse in een samenwerking met een maatwerkbedrijf? Voor het uitvoeren van je drukwerk, het onderhoud van je buitenruimte of de catering op je event? Of voor een extra werkvloer in het kader van een artikel 60-tewerkstelling? Neem een kijkje op www.groepmaatwerk.be.

 

Artikel 60 in een notendop

Artikel 60 regelt de tewerkstelling van een leefloner door het OCMW. De duur van dit traject is gelijk aan de periode die nodig is om rechten voor een uitkering op te bouwen. Het doel is de persoon in te schakelen in het stelsel van de sociale zekerheid en in het arbeidsproces. De persoon kan binnen het OCMW zelf worden aangesteld of ter beschikking worden gesteld van een private onderneming. Indien deze private onderneming een sociale-economie-initiatief (MWB, BW, SW of LDE) is, ontvangt het OCMW een verhoogde staatstoelage. Die is beperkt tot twaalf maanden. Een persoon kan voor de volledige periode ter beschikking worden gesteld bij één zelfde sociale-economieonderneming. Voorwaarde is wel dat er minstens om de zes maanden een jobrotatie is.

Maatwerkbedrijven in een notendop

Waar ken je de maatwerkbedrijven zoal van? Zij monteren de batterij in je elektrische auto, verpakken je koekjes en onderhouden de gemeentelijke begraafplaats. Maar evengoed wassen ze de recycleerbare bekers waaruit je op een festival drinkt, stoppen ze de lokale reclamefolders in je bus of nemen ze je gebruikte spullen in ontvangst in de Kringwinkel.

Zij werken vaak in onderaanneming voor reguliere bedrijven en gaan daar dan dikwijls in zogenaamde enclaves met een groep mensen aan de slag. Zij steken er een handje toe om randtaken uit te voeren (denk maar aan logistiek), waardoor de eigen werknemers zich kunnen focussen op hun kerntaken. Handig in tijden van krapte op de arbeidsmarkt.

In Vlaanderen zijn 122 maatwerkbedrijven actief. Samen geven ze werk aan 24.770 werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt (de zogeheten maatwerkers) en aan 5560 omkaderingsleden, van wie het grootste deel de ‘maatwerkcoaches’ zijn, die de mensen op de werkvloer begeleiden.