201013lamote_zw08 kennisnetwerk.png
Provider image

Met crowdfunding kun je bij veel mensen geld ophalen om een project te realiseren. Zo breid je je netwerk uit en plaats je het project in de kijker. Naast de commerciële platformen bestaan er ook vormen van crowdfunding speciaal voor projecten die een maatschappelijke meerwaarde willen creëren. Met Growfunding gaat Frederik Lamote nog een stap verder: deze methodiek creëert ook betrokkenheid en participatie. Civic crowdfunding dus.

‘In plaats van een heel groot platform met veel acties en winst, is civic crowdfunding vooral een methodiek waarmee je sociale relaties creëert tussen de initiatiefnemers van een project en mensen uit de buurt, bedrijven of de lokale overheid. Bovendien kiezen we met Growfunding alleen voor projecten die een meerwaarde betekenen voor hun omgeving. Het doel van de projecten is maatschappelijk georiënteerd. Het gaat om kleine en minder kleine initiatieven die hun leefomgeving willen verbeteren.

Dit kun je niet alleen. Daarvoor bouwen we aan zoveel mogelijk netwerken tussen projecten, non-profit- en profit-organisaties, universiteiten en hogescholen, filantropen en overheden. Growfunding speelt een intermediaire rol. We verbinden maatschappelijke projecten met elkaar en met mensen en organisaties buiten hun klassieke netwerk om zo van onderuit een duurzame samenleving te bouwen, in Brussel en daarbuiten.’

‘Na een onderzoeksproject aan de Odisee Hogeschool zijn we met deze sociale onderneming gestart. Ondertussen krijgt Growfunding als vzw subsidies van onder meer de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) in Brussel en is het erkend als sociaal-cultureel volwassenenwerk door de Vlaamse overheid. Omdat onze loonkosten worden gesubsidieerd, kunnen wij investeren in coaching en kunnen we mensen ondersteunen die kleine bedragen zoeken, zoals burgerinitiatieven, jongeren, nieuwkomers of start-ups in de circulaire of sociale economie.

Sommige initiatiefnemers zien we in de loop van een coachingstraject drie keer, andere wel twintig keer. We stimuleren hen, soms prefinancieren we de werkingskosten van campagnes, of helpen we het project beter omschrijven, we geven feedback op hun voorstellingsvideo of zorgen voor een goede freelance grafisch ontwerper. Zo verschijnen alle projecten gelijk en inclusief aan de start, want met de opbrengst van grotere campagnes, kunnen we de microprojecten ondersteunen. Uiteraard zoeken we ook mee naar de juiste beloningen (rewards) die ervoor zorgen dat de mensen die bijdragen, de growfunders, participeren en betrokken worden bij het project.

‘We nemen een intermediaire positie in tussen burgerinitiatieven en de lokale overheid. Door ons platform te ondersteunen versterkt de Vlaamse Gemeenschapscommissie initiatieven van onderuit. Met onze coaching worden de projecten sterker en tegelijk geven we aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie signalen over wat er bruist en broeit in de ondernemende onderbuik van de stad. De VGC stuurt ook projecten naar ons, bijvoorbeeld jongerenprojecten die een groter bedrag nodig hebben dan zij kunnen subsidiëren. Als jonge initiatiefnemers bij ons terecht komen en minder dan 3000 euro zoeken, verwijzen wij hen op onze beurt door naar de Vlaamse Gemeenschapscommissie.’

‘Daarnaast zoeken we altijd mee naar mensen, organisaties, bedrijven of andere overheden die de projecten willen cofinancieren. Cofinancieren kan een belangrijke taak zijn van een lokale overheid. Overheden kunnen bepaalde projecten niet altijd rechtstreeks subsidiëren, omdat er geen kanalen voor zijn of omdat procedures en reglementen in de weg staan. Soms willen zulke projecten ook veel sneller van start gaan dan mogelijk is via de geijkte overheidskanalen. Door civic crowdfunding te gebruiken in de financieringsmix, kunnen ze bij een concrete uitdaging snel reageren.’

 

‘Met lokale overheden werken we vaak samen in het kader van ons matchfunding-programma. Zo heeft de Vlaamse Gemeenschapscommissie voor de Growfunding-campagne van de Babytheek, een uitleendienst voor babyspullen die 12.000 euro zocht, 2000 euro als subsidie gegeven. Door die overheidssteun wint het project aan geloofwaardigheid, het motiveert mensen om ook een bijdrage te leveren. Tegelijk toont de commissie betrokkenheid bij wat er in de stad leeft.’

‘Daarnaast ondersteunen we de projecten met ons netwerk. Achter de schermen zeggen we hun hoe ze ondernemingen kunnen aanspreken en we delen onze contacten. Zo groeit een project buiten het eigen netwerk uit en ontstaat een nieuw, duurzaam netwerk. Deze financieringsmix geeft veel autonomie. En nee, mensen steken dat geld niet in hun eigen zak, want er is veel sociale controle. Initiatiefnemers staan dikwijls met naam en foto op de website. Deze financieringsmethode steunt op sociaal vertrouwen en projecthouders doen al het mogelijke om de rewards te realiseren.’

‘Growfunding is in essentie een participatieinstrument en geen financiële hefboom. Omdat financiële participatie het middel is voor meer betrokkenheid, kijken we ook naar andere manieren om die participatie te realiseren. Zo kunnen Afrikaanse vrouwen bijvoorbeeld een maaltijd koken voor de buurt waarvoor een vrije bijdrage wordt gevraagd, een beetje zoals een spaghettislag bij de Chiro. Door de participatie online en offline te combineren komt er dikwijls een hele sterke sociale dynamiek op gang.’

‘Eigenlijk hebben we een doos vol Lego en zoeken we bij elk project welke blokjes we gebruiken om de doelstelling vanaf de start op een duurzame manier te bereiken. Bij beginnende initiatieven leidt juist het moeizame groeiproces tot een eigenaarschap, tot grotere betrokkenheid. Het zou jammer zijn als een overheid het project op zo’n moeilijk moment zou overnemen, want dikwijls zakt het dan ineen. In sommige projecten steken we veel tijd, omdat we geloven dat ze waardevol zijn. Zulk maatwerk kan een overheid per definitie niet bieden. Daarom denken we dat het beter is dat een overheid zo’n platform financieel ondersteunt met subsidie of een project cofinaniert.’

‘De meeste projecten die bij ons een campagne hebben opgezet, blijven bestaan en groeien. Zodra ze eigen middelen hebben, vullen ze die aan met subsidies, waardoor hun slaagkans nog vergroot. Het project Bûûmplanters is aan de toog ontstaan, en wil de biodiversiteit in Brussel te verbeteren. Voor 35 euro kregen de growfunders een struik op maat van hun binnentuin of terras, met de “winst” gaven de Bûûmplanters twee struiken of bomen aan schoolpleinen of binnentuinen van sociale organisaties. Nu is het een onafhankelijke vzw die teambuildings organiseert met firma’s door hun parkeerterrein samen op te breken en er bomen te planten. Van hun 153 growfunders werken er velen nu vrijwillig mee bij de aanleg van groene ruimtes. Dat is een vonk, een bijdrage van 50 euro brengt in dit geval zoveel keer meer op.’

‘Het voordeel van civic crowdfunding? Een sterker en veerkrachtiger sociaal weefsel. Door dit sociaal engagement stappen mensen in een educatief traject waarin ze zich leren organiseren. Een lokale overheid kan ertoe bijdragen dat de vonk overslaat.’ •

 

Marlies van Bouwel is hoofdredacteur van Lokaal
Voor Lokaal 11 | 2020