Casablanca: naast een drukbezochte stad in Marokko ook een gekende wijk in Kessel-Lo. Jammer genoeg eentje die moet opboksen tegen heel wat vooroordelen en veronderstellingen. Om een einde te maken aan die turbulente reputatie schieten enkele geëngageerde jongeren uit de buurt in actie. En dat onder de noemer: ‘Casablanca Goes Casablanca’, een project waarmee ze – onder begeleiding van een aantal jeugdwerkers (Mohamed, Jeroen en Tarik) – inzetten op sociale interactie en positieve beeldvorming in en rond de buurt. Het hoogtepunt van het project is een internationale uitwisseling met een vrijwilligersorganisatie in het Marokkaanse Essaouira waar de jongeren zich inzetten voor een weeshuis. We nodigden Mohamed en Jeroen uit om hun verhaal te doen. 

 

Het project is er gekomen nadat de wijk Casablanca meermaals negatief besproken werd op het hangjongerenoverleg. De wijk stond hoog op de Hotspotlijst van de politie (drugsoverlast, geluidsoverlast, zwerfvuil). Hierop hebben de ambulante jeugdwerkers besloten om deze wijk in de hangtoer op te nemen. Na een uitgebreid plaatsbezoek konden de jeugdwerkers snel concluderen dat er bepaalde frustraties leefden:

  1. Polarisering tussen de jongeren en de politiediensten.
  2. De hangjongeren verschuilden zich vaak in een slachtofferrol.
  3. Ze hadden weinig toekomstperspectief (doelloos hangen).
  4. Zeer diverse groep met zeer uiteenlopende noden.

Na intern overleg besloten de jeugdwerkers in te zetten op een internationaal project om de jongeren meer zelfvertrouwen te geven, de voldoening van het geven te ervaren en een positieve bijdrage aan de maatschappij te leveren. Het opzet was dan ook dat de jongeren zelf een internationale uitwisseling in Casablanca (Marokko) met jongeren van daar organiseren. Beide jongerengroepen zijn verantwoordelijk voor de helft van het programma waarbij de focus ligt op het ondersteunen van een weeshuis. Om aan deze reis te kunnen deelnemen leggen ze een jaartraject af waarbij ze verschillende acties ondernemen om een positieve mentaliteitsverandering in de wijk teweeg te brengen.

Met het project willen de jongeren een positieve mentaliteitsverandering in de wijk in gang zetten. Er wordt gewerkt op twee sporen namelijk bottom up (de jongeren) als top down (de wijk, partners, politie en lokale overheid) om deze verandering te verwezenlijken.

Het eerste spoor (bottom up) is ervoor zorgen dat de jongeren bepaalde competenties behalen. Dit doet men door het creëren van een sfeer waarin deze jongeren op een veilige manier en op hun eigen tempo aan hun werkpunten kunnen werken en waarbij de jeugdwerkers vooral een faciliterende rol vervullen. Bedoeling is dat de jongeren ambassadeurs worden binnen hun wijk en hun positieve houding aanstekelijk werkt naar anderen toe. Om dit te verwezenlijken geloven wij zeer hard in onderstaande competenties.

  1. Eigenaarschap
  2. Weerbaarheid
  3. Toekomstperspectief
  4. Ruimdenkendheid
  5. Netwerking

Het tweede spoor (top-down) is ervoor zorgen dat de externe partners (wijkbewoners, politie en stadsdiensten) mee betrokken worden en initiatief nemen om een positieve mentaliteitsverandering teweeg te brengen. Heel belangrijk in deze samenwerking is het nieuwe netwerk dat gelegd wordt tussen jongeren en externen via verschillende acties (Bv.: gezamenlijke sportactiviteit met de politie organiseren). De jongeren bouwen zelf aan dit netwerk zodat deze duurzaam wordt en niet afhankelijk is van de ambulante jeugdwerkers. Van de externe partners wordt hetzelfde engagement verwacht naar duurzaamheid en dagen dit project hen uit om binnen hun organisatie te kijken naar hoe zij een structurele band met de jongeren kunnen opbouwen.  

Contactpersoon: miran.scheers@leuven.be