Ontslagdecreet schendt de Grondwet, zegt het Grondwettelijk Hof

Op donderdag 5 juni 2025 heeft het Grondwettelijk Hof uitspraak gedaan op enkele vernietigingsberoepen tegen het Ontslagdecreet, ingesteld door enkele vakbonden, een beroepsvereniging en enkele particulieren. Volgens het Hof schendt het decreet het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet.

Wat was het probleem?

Het decreet van 16 juni 2023(opent nieuw venster) wijzigde het Provinciedecreet (9 december 2005) en het decreet over het lokaal bestuur (22 december 2017), over de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid. Daardoor konden lokale besturen het statuut van hun personeelsleden eenzijdig en algemeen beëindigen, net zoals dat kan bij contractuele medewerkers.

Waarom vernietigt het Hof het decreet?

Het Grondwettelijk Hof is van mening dat de Grondwet, en het gelijkheidsbeginsel in het bijzonder, geschonden zijn. Voor het ontslag van de op eenzijdige en algemene wijze aangestelde statutaire medewerkers bij lokale besturen mogen niet dezelfde regels van toepassing zijn als voor het ontslag van de bij arbeidsovereenkomst aangestelde medewerkers. Dat geldt evenmin voor het eventuele ontslag van een statutair aangestelde algemeen of financieel directeur. De voornaamste reden van kritiek van het Hof is dat een statutair medewerker die onterecht ontslagen wordt, terug in dienst moet worden genomen, gelet op de stand-still verplichting.  

Wat zijn de gevolgen?

Het Rechtspositiebesluit van 20 januari 2023 moet nu zo snel mogelijk aangepast worden. In afwachting van die aanpassing gelden de ontslagregels zoals ze in de lokale rechtspositieregeling vermeld staan, voor zover ze compatibel zijn met het arrest van het Grondwettelijk Hof. Ook wordt de Raad van State terug bevoegd voor betwistingen over het ontslag van statutaire medewerkers. 

Het Hof vernietigt het Ontslagdecreet maar handhaaft de gevolgen tot op vandaag.

Wat doet de VVSG?

De VVSG bekijkt het arrest verder in detail en komt binnenkort met een uitgebreide duiding.