2022Lokaal06 - Waregem.png
Provider image

Het ziekenhuis van Waregem, Waregem Sport en de dienst preventie van het welzijnshuis hebben samen een actief programma opgezet voor kinderen en jongeren die kampen met overgewicht. Het multidisciplinaire traject legde de voorbije vijf maanden de nadruk op beweegplezier, gezonde voeding en een gezonde geest. De eerste resultaten zijn zeer positief.

De kinderartsen van het OLV van Lourdes-ziekenhuis in Waregem stellen al enkele jaren vast dat het aantal kinderen en jongeren met obesitas dat bij hen op consultatie komt, toeneemt. De lockdown ten gevolge van COVID-19 en het gedwongen thuisblijven bracht nog een versnelling op gang. De kinderartsen klopten aan bij de Waregemse schepenen Kristof Chanterie, bevoegd voor sport, en Joost Kerkhove, bevoegd voor welzijn, om de mogelijkheden van een gezamenlijke strategie te bekijken. ‘We voelden ons onmiddellijk aangesproken,’ zegt Joost Kerkhove. ‘De persoonlijke gevolgen van zwaarlijvigheid zijn enorm groot, de maatschappelijke kosten zijn hoog. Als je het probleem op jonge leeftijd onder handen kunt nemen, zijn de gezondheidswinsten des te groter. Ook een lokale overheid moet haar steentje bijdragen.

Het mooie van dit project is de transversale werkwijze over beleidsdomeinen en disciplines heen.’ Kristof Chanterie vult aan: ‘Het speelt niet enkel in op het fysieke aspect, ook het mentale welzijn van de kinderen en jongeren is bijzonder belangrijk. Als ze zich beter in hun vel voelen, meer zelfvertrouwen krijgen, dankzij het project nieuwe vrienden en vriendinnen maken, kan dat een hefboom zijn om in de toekomst meer te blijven bewegen of aan te sluiten bij een club of jeugdbeweging.’ Het programma kreeg de naam Samen Gezond Groeien. Samen betekent dat het over een groepsprogramma gaat waarin kinderen en jongeren ook elkaar motiveren en helpen. En dat ook de ouders er nauw bij betrokken worden. Gezond verwijst naar voeding, lichaam en geest. Groeien gaat niet enkel over letterlijk groeien, maar ook over mentaal sterker worden en evolueren naar een gezondere levensstijl. Het programma beoogt niet zozeer gewichtsverlies bij de kinderen, maar groeien zonder gewichtstoename.

 

Kinderen én ouders

De voorbije vijf maanden hebben dertien kinderen en jongeren het programma gevolgd, verdeeld over twee groepen: een voor het basis- en een voor het secundair onderwijs. De deelnemers stroomden in via het ziekenhuis en de scholen. Kristof Chanterie: ‘De kinderartsen en diëtisten spraken kinderen en hun ouders aan. De stad verdeelde folders in alle scholen, zette haar communicatiekanalen in en organiseerde een persconferentie.’ Eerst had er een intakegesprek plaats bij de kinderarts, de psycholoog, de diëtist en de kinesist.

De kinderarts deed ook een klinisch onderzoek en nam bloed- en urinestalen. Na multidisciplinair overleg werd beslist of het programma een antwoord kon bieden op het overgewicht. Het eigenlijke programma bestond uit zestien groepssessies voor de kinderen en jongeren, op woensdagnamiddag in een stedelijke sporthal. ‘De sportmonitoren van de stad lieten de kinderen en jongeren spelenderwijs kennismaken met verschillende sporten,’ zegt Joost Kerkhove. ‘De diëtist en de psycholoog van het ziekenhuis hadden het over gezond leren eten en je goed voelen in je vel. De stad organiseerde in samenspraak met de diëtist ook enkele lessen gezond koken. De kinderen kregen tips en leuke recepten om thuis mee aan de slag te gaan.’ Daarnaast verzorgden diëtist, kinesist en psycholoog groepssessies voor de ouders, omdat zij een belangrijke rol spelen op weg naar een gezondere levensstijl.

 

Positieve resultaten

Een tussentijdse evaluatie was over de hele lijn positief. De eerste resultaten nu het programma pas is afgelopen, bevestigen dit. Alle kinderen en jongeren bleven aan boord, er waren geen afhakers. Van de acht deelnemers waarvan al een eindevaluatie is gemaakt, is de body mass index significant gedaald, ligt de hartslag bij inspanningen lager, zijn de resultaten van bloedanalyse en levertest gevoelig verbeterd. Daarnaast hebben verschillende kinderen en jongeren in de loop van het traject aangegeven dat ze bewegen en sport voor het eerst plezant vonden, dat ze gezonder eten en zich beter voelen.

Ook veel ouders en broers en zussen zijn mee: er komen meer groenten en fruit op tafel in het gezin, er wordt regelmatig samen gewandeld. Kristof Chanterie: ‘De drempel naar een sportclub of een jeugdvereniging is voor veel kinderen en jongeren met overgewicht hoog. Door op een prettige manier samen te sporten, zonder dat er competitie aan te pas komt, kunnen ze de smaak te pakken krijgen. Deelnemers zijn intussen aangesloten bij voetbal-, fiets-, baseballclubs… Het Waregemse aanbod aan clubs en verenigingen, ook louter recreatieve, is zo groot dat iedereen er wel zijn gading in kan vinden. Onze sportdienst kan kinderen en jongeren wegwijs maken. En ook de vele jeugdbewegingen bieden uiteraard kansen om op een aangename manier actief te zijn.’

 

Betaalbaar

‘Zeer belangrijk is dat we de instapkosten voor deelname tot het absolute minimum beperken,’ zegt Joost Kerkhove. ‘Het ziekenhuis en alle betrokken medewerkers, de stad en de ziekenfondsen dragen daartoe bij. De intakegesprekken kosten maximaal 66 euro, voor de zestien groepssessies betalen de deelnemers 65 euro. Als de kostprijs toch nog een probleem is, dan zoeken we samen naar een oplossing.’ De komende zes maanden worden de deelnemers en hun ouders verder opgevolgd door kinderarts, diëtist en psycholoog.

Intussen hebben alle partners beslist om het programma te hernemen vanaf september, met maximaal twintig nieuwe kinderen en jongeren. Kristof Chanterie: ‘De stad heeft, zonder de personeelskosten, opnieuw een werkingsbudget van 5000 euro op jaarbasis vrijgemaakt. Ik hoop dat meer lokale besturen de stap zetten om een soortgelijk programma op te zetten. Ik heb begrepen dat er wel initiatieven zijn in enkele ziekenhuizen in Vlaanderen, maar de samenwerking met een lokaal bestuur is vrij uniek. Terwijl dat net een voordeel is om het probleem van overgewicht op een integrale manier te behandelen.’ —

 

Bart Van Moerkerke is redacteur Lokaal
Voor Lokaal 06 | 2022