Raadsvoorzitter zijn

Rollen

Als raadsvoorzitter heb je vele taken gekregen door de decreetgever.  Hieronder werken we de belangrijkste bevoegdheden uit.

Voorzitten raadsvergaderingen (zowel gemeente- als OCMW-raad)

Ondertekenen van stukken van de raad

Hierboven beschreven we al dat het je taak is om de goedgekeurde notulen en zittingsverslagen te ondertekenen. Deze bevoegdheid kan je niet delegeren.

Er zijn ook andere stukken die je moet ondertekenen. Wil je dat liever aan een raadslid overlaten? Dat kan, op voorwaarde dat je die persoon schriftelijk aanduidt via een informatiedrager naar keuze. Gebruik hiervoor het model van de VVSG

Je kan die opdracht op elk moment intrekken. Het aangeduide raadslid moet bij de handtekening vermelden dat jij hem of haar daarvoor hebt gemachtigd.

  • Reglementen van de gemeenteraad (of OCMW-raad);
  • Verordeningen van de gemeenteraad;
  • Beslissingen van de gemeenteraad (of OCMW-raad);
  • Akten van de gemeenteraad (of OCMW-raad);
  • Stukken die specifiek betrekking hebben op de gemeenteraad (of OCMW-raad);
  • Brieven/briefwisseling die specifiek betrekking heeft op de gemeenteraad (of OCMW-raad).

Gaat het om de ondertekening van een authentieke akte over onroerende verrichtingen van de gemeente of het OCMW? Dan mag je als raadsvoorzitter ook een medewerker van het notariskantoor aanduiden. Dat doe je met een authentieke volmacht(opent nieuw venster). Die geldt alleen voor de akte die in de volmacht staat vermeld.

De medewerker van het notariskantoor vermeldt bij de handtekening dat jij hem of haar gemachtigd hebt. Dit heet een notariële volmacht. Het is een bijkomende mogelijkheid, naast de optie om de ondertekening van een notariële akte toe te vertrouwen aan een ander raadslid.

De eed afnemen van nieuwe mandatarissen

Wanneer nieuwe raadsleden geïnstalleerd worden, dienen ze de eed af te leggen in jouw handen. Dat gebeurt tijdens de openbare zitting van de gemeenteraad. De eed is: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen." Nieuwe schepenen leggen nu nog de eed in handen van de burgemeester. Na de volgende gemeenteraadsverkiezingen (2024) verandert dat en zal het de raadsvoorzitter zijn die van iedereen de eed afneemt.

BCSD-leden leggen enkel bij het begin van de bestuursperiode de eed af in de openbare zitting van de OCMW-raad. Van die eedafleggingen wordt geen apart proces-verbaal gemaakt. Tijdens de legislatuur vindt de eed van een nieuw BCSD-lid niet meer plaats tijdens de raadsvergadering maar is het een onderonsje. Als raadsvoorzitter neem je dan in aanwezigheid van de algemeen directeur, de eed af van het nieuwe lid van het BCSD. 
De BCSD-voorzitter legt enkel de eed af in de OCMW-raad als hij/zij nog geen schepen was op het moment van de aanduiding.

Ook de ontslagen van mandatarissen (of de verzoeken tot verhindering) worden bij jou ingediend. Belangrijk is dat je de raad daarvan steeds in kennis stelt. Spreek steeds met de algemeen directeur af hoe dit allemaal zal verlopen.

Rechten en plichten

Als raadsvoorzitter ben je ook raadslid van gemeente en OCMW. Je hebt dus minstens dezelfde rechten en plichten als de andere raadsleden.  In de feiten zijn er wel een aantal verschillen:

  • Aangezien het je taak is de agenda van de raad vast te stellen, zal je veel sneller dan de gewone raadsleden toegang hebben tot die stukken.
  • Brieven, verzoeken en andere stukken die voor de raad bedoeld zijn, worden aan jou gericht. Je zal ze dus veel sneller zien dan dat de gewone raadsleden die zien.

Kan een raadsvoorzitter rechtstreeks een personeelslid aanspreken en die een opdracht geven?

Strikt gezien kan een raadsvoorzitter zich niet zomaar wenden tot een personeelslid en die een opdracht geven. Dit tenzij een medewerkers specifiek aangesteld werd om de voorzitter en/of de raad te ondersteunen. Een voorbeeld daarvan zien we in Gent waar ze een aparte medewerker met specifiek functieprofiel hebben voor de raadsvoorzitter en de ondervoorzitter.

In andere gevallen moet je strikt formeel eerst de algemeen directeur aanspreken. Dat is natuurlijk praktisch onwerkbaar omdat je als raadsvoorzitter ook wettelijke opdrachten hebt die je vlot moet kunnen uitoefenen. Altijd opnieuw langs de algemeen directeur passeren, zou een vlotte werking volledig blokkeren. Dat kan opgelost worden door duidelijke afspraken te maken.

We raden dan ook aan om in te zetten op duidelijke afspraken die ook bijgestuurd en aangepast kunnen worden tijdens de bestuursperiode. Door een duidelijk kader te voorzien kunnen onder bepaalde voorwaarden rechtstreekse contacten gelegd worden met personeelsleden. Bijvoorbeeld als het gaat over de vorming van de dossiers bij de punten die op de agenda zullen komen, kan het wenselijk zijn rechtstreeks contact te hebben met de medewerker die daarvoor instaat.

Belangrijk is ook goed te onthouden wat niet kan. Als politicus kan je bijvoorbeeld niet aan dienstbetoon doen. Je kan daarvoor ook zelf geen dossierbehandelaars contacteren. Als voorzitter zelf heb je immers geen individuele beslissingsbevoegdheid hierin en je mag de schijn niet doen ontstaan dat dit wel zo zou zijn. Ook mag je personeelsleden niet onder druk zetten. Het is dan ook belangrijk steeds te werken binnen de deontologische code(s)

Kan een raadsvoorzitter permante toegang vragen tot het hele intranet van gemeente of OCMW?

Nee, het is niet de bedoeling is dat je als raadsvoorzitter een permanente toegang hebt tot alle dossiers. Dat kan enkel binnen een bepaald decretaal doel. Toegang tot dossiers kan enkel als dat wettelijk of decretaal voorzien is, bijvoorbeeld om de agenda voor te bereiden. Maar zelfs dan zal het vooral de administratie zijn die alles voorbereidt en aanlevert.

Als voorzitter kan je net als de andere raadsleden wel altijd inzage vragen en krijgen tot de dossiers, maar dat is van een andere orde dan standaardtoegang.

Deontologie

Om te weten welke deontologische bepalingen nageleefd moeten worden als lokaal mandataris, moet je de eigen deontologische code opvragen. Blijven er concrete vragen die moeilijk opgelost geraken, dan kan men een beroep doen op de reflectiekamer integriteit van de VVSG.

Deontologische code

Elke gemeente en elk OCMW moeten een deontologische code hebben voor lokale mandatarissen. De samenleving stelt, terecht, hoge eisen aan mandatarissen. Als lokaal geëngageerd politicus is men kwetsbaar. Een deontologische code is er in de eerste plaats om een veilige omgeving te creëren waarbinnen lokale mandatarissen kunnen werken. Een goede deontologische code geeft een algemene leidraad voor lokale mandatarissen om deontologisch zorgvuldig te kunnen handelen bij de uitoefening van het mandaat. Dit handelen steunt op de volgende waarden:

  • dienstbaarheid,
  • functionaliteit,
  • onafhankelijkheid,
  • openheid,
  • vertrouwelijkheid,
  • zorgvuldigheid.

Inspiratie deontologische code

Samen met Just(opent nieuw venster) maakte de VVSG een inspiratie-deontologische code voor mandatarissen waarmee de raden zelf aan de slag kunnen gaan om een eigen code, op maat van de lokale context, op te maken.

Deontologische commissie

Elke gemeente en elk OCMW moeten een deontologische commissie hebben die waakt over de naleving van de code. 

Reflectiekamer integriteit

De VVSG richtte een reflectiekamer op om lokale politici en medewerkers met een integriteitsvraag bij te staan.
Het kan hierbij gaan om een moreel dilemma, het wegen van een vermeende schending van de deontologische code, een vraag over belangenvermenging, enz. De reflectiekamer wordt op vraag van een lid van een lokaal bestuur bijeengeroepen, waarna op systematische wijze onderzocht wordt wat het integere antwoord is op de gestelde kwestie. Het adviesorgaan bestaat uit experts vanuit de steden en gemeenten, geschoold in de methodiek van het moreel beraad. Neem contact op voor meer informatie.

Wat zijn de mogelijke gevolgen voor een raadsvoorzitter die de deontologische code schendt?

De voornaamste bedoeling van een deontologische code is een omgeving scheppen waarbinnen mandatarissen veilig kunnen werken. Wanneer de code echter manifest geschonden wordt, moet dat duidelijk gemaakt worden.

Het grote probleem daarbij is dat de decreetgever geen sanctiemogelijkheden voorziet voor deontologische inbreuken op de code. Wanneer men lokaal een duidelijk signaal wil geven aan mandatarissen die een inbreuk begaan tegen de code, dan moet men dat duidelijk regelen. Enkele belangrijke zaken waarmee men rekening moet houden:

  • Tuchtmaatregelen tegen een raadsvoorzitter zijn mogelijk, maar ze kunnen enkel door de Vlaamse regering worden opgelegd. De raad kan geen tuchtsancties opleggen tegen de raadsvoorzitter. 
  • Het DLB voorziet geen sancties tegen mandatarissen, waardoor sommigen stellen dat zelfs een terechtwijzing van gedrag niet mogelijk is. Dit omdat het dan een verdoken vorm zou zijn van een tuchtsanctie. We willen dat nuanceren. Het klopt dat een blaam, schorsing, ontslag, e.d. juridisch inderdaad niet mogelijk zijn. Maar wij zijn van mening dat de raad wel altijd kan vaststellen dat bepaald gedrag van een mandataris niet in overeenstemming is met de deontologische code. En wanneer een dergelijke inbreuk vastgesteld wordt, kan de raad de mandataris daar ook op wijzen.
  • We adviseren wel om de vaststelling en beoordeling van inbreuken aan de gemeenteraad/OCMW-raad te laten, na advies van de deontologische commissie. De raad is immers juridisch het sterkste orgaan om daarover iets te zeggen.
  • Wanneer het gaat om mogelijk strafrechtelijke inbreuken, dan is een melding bij politie, parket of Audit Vlaanderen steeds nodig.
  • Een klacht bij het Agentschap voor Binnenlands Bestuur of de gouverneur kan ook, maar die kunnen niet optreden tegen een raadsvoorzitter. Het toezicht kan hoogstens een moreel advies geven, maar niet sanctioneren. Dat kan enkel de Vlaamse regering.
  • Wanneer alle vertrouwen weg is in de raadsvoorzitter, kan de raad de voorzitter wel afzetten via een individuele constructieve​ motie van wantrouwen​​​​​​.

Voor deontologische standpunten vanuit de VVSG hebben we een reflectiekamer die binnen de VVSG opgericht is om deontologische vragen te bekijken. Bij deze reflectiekamer kunnen lokale besturen terecht voor morele dilemma’s. Dit adviesorgaan bestaat uit experts vanuit de steden en gemeenten, geschoold in de methodiek van het moreel beraad. Neem contact op voor meer informatie.

Verbodsbepalingen

Dezelfde verbodsbepalingen gelden voor alle lokale mandatarissen (en hun vertrouwenspersonen). Ze mogen niet aanwezig zijn bij de bespreking van en stemming over bepaalde punten. Daarnaast mogen ze bepaalde activiteiten niet uitoefenen.

Verboden deelname aan bespreking en stemming

Mandatarissen mogen nooit deelnemen aan de bespreking van en de stemming over:

  • aangelegenheden waarin ze een rechtstreeks belang hebben: ofwel persoonlijk, ofwel als vertegenwoordiger, of waarbij de echtgenoot of bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben. Dat verbod gaat niet verder dan de bloed- en aanverwanten tot en met de tweede graad als het gaat om de voordracht van kandidaten, benoemingen, afzettingen en schorsingen. Om discriminatie te vermijden worden voor de toepassing van deze bepaling personen die wettelijk samenwonen met echtgenoten gelijkgesteld;
  • de vaststelling of de goedkeuring van het meerjarenplan, het budget en de jaarrekening van een instantie waaraan ze rekenschap verschuldigd zijn of waarvan ze tot het uitvoerend orgaan behoren. Dit verbod geldt niet voor mandatarissen die als vertegenwoordiger van de gemeente of het OCMW zijn aangewezen in andere rechtspersonen.

Verboden activiteiten

Daarnaast mogen mandatarissen nooit:

  • rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris tegen betaling werken in geschillen ten behoeve van de gemeente of het OCMW; dat verbod geldt ook ten aanzien van de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de mandataris werken;
  • rechtstreeks of onrechtstreeks als advocaat of notaris werken ten behoeve van de tegenpartij van de gemeente of het OCMW of ten behoeve van een personeelslid van de gemeente of het OCMW bij geschillen over beslissingen in verband met het werken binnen de gemeente of het OCMW. Dit verbod geldt ook voor de personen die in het kader van een associatie, groepering, samenwerking of op hetzelfde kantooradres met de mandataris werken;
  • rechtstreeks of onrechtstreeks een overeenkomst sluiten met de gemeente, het OCMW, een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap of een OCMW-vereniging of ‑vennootschap. Dit verbod geldt niet bij een schenking van de mandataris aan de hierboven opgesomde instellingen en in de gevallen waarbij de mandataris een beroep doet op door die instellingen aangeboden dienstverlening en ten gevolge daarvan een overeenkomst aangaat;
  • rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan een opdracht voor aanneming van werken, leveringen of diensten, verkoop of aankoop ten behoeve van de gemeente, het OCMW, een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap of OCMW-vereniging of –vennootschap;
  • optreden als afgevaardigde of deskundige van een vakorganisatie in het bijzonder onderhandelingscomité of het hoog overlegcomité.

Interessante teksten

Periode mandaat

Wanneer begint je mandaat? 

Na de gemeenteraadsverkiezingen van 13 oktober 2024 is duidelijk wie verkozen is als gemeenteraadslid en wie opvolger is. De installatievergadering van de gemeenteraad vindt plaats op één van de eerste vijf werkdagen van december 2024. In nieuwe fusiegemeenten vindt de installatie van rechtswege plaats op eerste werkdag van januari 2025. Op die installatievergadering wordt de raadsvoorzitter aangeduid. Dat gebeurt door een akte van voordracht die ten laatste drie dagen voor de installatievergadering ingediend is en ondertekend werd door:

  • meer dan de helft van de verkozenen op de lijsten die aan de verkiezingen deelnamen;
  • meer dan de helft van de personen die op dezelfde lijst als de voorgedragen voorzitter tot raadslid werden verkozen. Zijn er maar twee verkozenen van die lijst dan volstaat één handtekening.

Opgelet: Niemand kan meer dan één akte van voordracht ondertekenen. Doet men dat toch dan zijn er voor die persoon zware sancties

Na de eedaflegging van de raadsleden wordt de akte bezorgd aan de persoon die de installatievergadering voorzit. Voldoet de akte aan alle voorwaarden, dan ben je als voorzitter verkozen verklaard. Vanaf dat moment ben jij raadsvoorzitter en zal je ook de rest van de installatievergadering al voorzitten. Je hoeft als voorzitter dus geen bijkomende eed af te leggen. De eed als raadslid volstaat.

Stel dat er geen ontvankelijke akte van voordracht is, dan moet de gemeenteraad binnen de veertien dagen toch een voorzitter kiezen. In dat geval ben je natuurlijk pas voorzitter na die verkiezing.

Tijdelijke vervanging (verhindering)

Korte afwezigheid

Als je als raadsvoorzitter kort afwezig bent (weekje op reis, griep,…), dan kan je schriftelijk een gemeenteraadslid (of een lid van het college) aanduiden om waarnemende voorzitter te zijn. Kan ook die persoon niet aanwezig zijn, of heb je geen raadslid aangeduid, dan zal het raadslid met de meeste anciënniteit (de hoogste in de rangorde) de functie waarnemen. Als voorzitter kan je de schriftelijke aanwijzing van een waarnemend voorzitter ook steeds wijzigen door een nieuwe schriftelijke aanwijzing te doen. Modeldocument: Model om een waarnemend voorzitter van de gemeenteraad en voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn aan te duiden (hele bestuursperiode) of gedurende een bepaalde tijd van de bestuursperiode: model

Afwezigheid bij decretale verhindering

Het decreet over het lokaal bestuur omschrijft enkele situaties waarbij je als raadslid, maar ook als voorzitter tijdelijk vervangen kan worden. Wie zich in deze gevallen als raadslid laat vervangen, zal meteen ook verhinderd zijn als voorzitter. Omgekeerd is dat niet per definitie zo: Je kan dus in sommige gevallen verhinderd zijn als raadsvoorzitter, maar niet als raadslid.

Door de verhindering als raadsvoorzitter komt er tijdelijk een andere raadsvoorzitter zonder dat je daardoor zelf definitief het mandaat verliest. Na het beëindigen van deze periode van verhindering word je automatisch terug voorzitter. Je blijft ondertussen “titelvoerend raadsvoorzitter”. Zo een tijdelijke vervanging kan bij:

  • een afwezigheid van ten minste twaalf weken wegens medische redenen, studieredenen of verblijf in het buitenland (vervanging op vraag met een recent geneeskundig getuigschrift met de minimale tijd van afwezigheid of een attest van de onderwijsinstelling of de opdrachtgever);
  • ouderschapsverlof voor de geboorte of adoptie van een kind (vervanging op vraag);
  • een afwezigheid van ten minste twaalf weken wegens palliatief verlof of verlof voor de bijstand of de verzorging van een zwaar ziek familielid tot en met de tweede graad (vervanging op vraag met een schriftelijk verzoek en een verklaring op erewoord zonder de naam van de patiënt te moeten vermelden);
  • een voorzitter die Europees Commissaris is (vervanging op vraag);
  • een voorzitter die als raadslid geschorst is voor inbreuken op de kieswetgeving.

De voorzitter vraagt (behalve bij een schorsing voor inbreuken op de kieswetgeving) zelf om te worden vervangen. De voorzitter doet dat schriftelijk aan de waarnemende voorzitter van de gemeenteraad.

Is de voorzitter door ziekte zelf niet meer in staat om de vervanging te vragen, dan wordt hij/zij van rechtswege als verhinderd beschouwd vanaf de derde opeenvolgende vergadering van de gemeenteraad waarop hij/zij niet aanwezig kan zijn en dat zolang de afwezigheid duurt.

Modeldocumenten

In principe blijf je voorzitter tot het einde van de bestuursperiode. Er zijn enkele uitzonderingen:

  • Je kan in enkele welbepaalde gevallen tijdelijk verhinderd zijn en gedurende die periode vervangen worden.
  • Je kan zelf beslissen om ontslag te nemen. Een fractie of partij kan dat niet in jouw plaats beslissen.
  • Je kan afgezet en vervangen worden als de raad een constructieve motie van wantrouwen tegen jou goedkeurt.
  • Je kan door de Vlaamse regering door een tuchtmaatregel geschorst of afgezet worden.
  • Wanneer je niet meer voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden (bijvoorbeeld omdat je verhuisd bent naar een andere gemeente) en weigert ontslag te nemen kan de raad je mandaat van raadslid vervallen verklaren. Daardoor vervalt ook raadsvoorzitterschap.
  • Wanneer je zou overlijden tijdens de bestuursperiode.

Meer weten over

Tips

In onderstaande video geven we 10 tips voor een sterke raadsvoorzitter. 

Vergaderstijl

In januari 2022 schreven verschillende raadsvoorzitters samen met Filip De Rynck en Marian Verbeek een memorandum met voorstellen voor de versterking van de functie van de raadsvoorzitter en de versterking van de gemeenteraad. Aanvullend op de interessante voorstellen in dit memorandum geven we hier nog enkele suggesties. Hou rekening met de eigenheid van je gemeente. Jarenlange gewoonten veranderen vraagt geduld en doorzetting. Stel realistische doelen en neem kleine stapjes. Een vergadercultuur ombuigen gaat niet vanzelf. Lukt iets niet, probeer opnieuw of probeer iets anders. Blijf volhouden en geef zelf het goede voorbeeld. Elke voorzitter van een vergadering heeft een eigen stijl. Ken je stijl en werk die stijl eventueel hier en daar wat bij.  Spreek af met een andere voorzitter en ga eens bij elkaar luisteren en wissel nadien uit.

Enkele tips

  • Ga als voorzitter op een plaats in de raadszaal zitten die je overzicht geeft. Vanzelfsprekend zit je naast de algemeen directeur. De algemeen directeur is immers je steun en toeverlaat in de vergadering.
  • Open de vergadering en hou rekening met recente gebeurtenissen. Zijn er bepaalde zaken gebeurd in de gemeente of in het leven van een van de raadsleden? Verwijs ernaar of vermeld ze. Een felicitatie of een hart onder de riem kan voor mensen veel betekenen. Zulke kleine zaken kunnen bijdragen aan een positieve aangename sfeer in de vergadering.
  • Het is echt niet nodig dat je alle agendapunten (gedetailleerd) kent. Het is echter wel zinvol om punten kort te situeren en de context weer te geven. Het publiek en eventuele nieuwere raadsleden zullen dit waarderen omdat zo beter kunnen volgen waar het over gaat.
  • Laat je niet opjagen, niet door de leden van het college en niet door oppositieraadsleden. Behandel eenieder met respect.
  • Laat mensen uitspreken maar onderbreek hen wanneer ze steeds maar blijven uitweiden. Vraag hen om bij de zaak te blijven. Zo kan je hen bv. vragen om hun betoog af te ronden tenzij ze nog iets nieuws willen inbrengen dat nog niet werd gezegd.
  • Herhaal vragen of tussenkomsten zodat iedereen ze gehoord heeft.
  • Zeker wanneer er amendementen zijn kan het zinvol zijn om te herhalen waarover de raadsleden moeten stemmen.
  • Geef duidelijke instructies en hou je er aan. Bv. Als je een raadslid nog twee minuten spreektijd geeft laat hem of haar dan geen tien minuten aan het woord.
  • Geef heldere waarschuwingen. Bv. Ik neem u het woord af indien u niet stopt. Het woord afnemen is natuurlijk gemakkelijker wanneer je een micro kan uitzetten. Ga niet in discussie wanneer je van een raadslid het woord afneemt. Maar doe het niet lichtzinnig.
  • Tijdens een gemeenteraad kan het er soms hevig aan toegaan. Sommigen zaken liggen zeer gevoelig en lokken hevige emoties uit. Blijf zelf kalm en toon begrip. Dat wil niet zeggen dat je alles moet accepteren. Speel de bal en niet de man/vrouw.
  • Zorg ervoor dat je het huishoudelijk reglement van je gemeenteraad kent en bij de hand hebt. Samen met het decreet lokaal bestuur vind je daar de spelregels. Is er geen duidelijkheid of er bv. al dan niet geheim moeten worden gestemd maak dan gebruik van je recht om de vergadering te schorsen en te overleggen met de algemeen directeur. Je kan niet alles meteen weten, het is niet erg wanneer je iets moet opzoeken.
  • Als voorzitter ben je ook raadslid en heb je net zoals de andere raadsleden een mening. Je mag uiteraard ook inhoudelijk tussenkomen. Je kan dat bv doen door te zeggen dat je je petje als voorzitter even afzet en je petje als raadslid opzet en dan je standpunt geeft.

Naast de vergadering

Je kan je natuurlijk strikt beperken tot het uitvoeren van je wettelijke taken nochtans kan je als voorzitter ook naast de vergadering initiatieven nemen:

  • Zorg voor een goede communicatie met de algemeen directeur en met de burgemeester die voorzitter van het college is.
  • Een regelmatig overleg met de fractievoorzitters is een prima forum om de organisatie van de raad en de werking te bespreken. Bij uitbreiding kunnen daar ook afspraken worden gemaakt over het voorleggen van inhoudelijke punten aan de raad of over de versterking van de raad en de raadsleden. Stem dit best ook af met het college.

Enkele voorbeelden:

  • Aanpassingen en evaluatie huishoudelijk reglement
  • Aanpassingen en evaluatie deontologische code
  • Werking van gemeenteraadscommissies
  • Verloop van de vergadering: bv. Beginnen we met een actualiteitsdebat? Wanneer komen de vragen van de raadsleden aan bod?
  • Hoe discussiëren we over de meerjarenplanning en de aanpassingen ervan?
  • Zitten er mogelijk grote en/of belangrijke beleidsbeslissingen in de pijplijn, bv. een fusie, en hoe gaan we die raad onderzoeken, bespreken en beslissen?
  • Wanneer en hoe koppelen we terug over de verzelfstandigde activiteiten en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden?
  • Hoe en wanneer organiseert het bestuur inspraak met de bevolking?
  • Zijn er bepaalde vormingen interessant voor de raadsleden?
  • Is er interesse voor een werkbezoek?

Wil je een zichtbare voorzitter zijn? Ben je graag aanwezig op officiële plechtigheden enz.? Maak er afspraken over. Zo hebben sommige voorzitters een eigen sjerp.

Ga na wat je zelf nodig hebt om je taken uit te voeren: Informatie? Een opleiding? Ondersteuning?

Bewaar evenwicht tussen je privéleven, je werk en het politiek mandaat. Heb je weinig tijd dan moet je zorgvuldige keuzes maken. Dan kan het zinvol zijn om bv. notariële akten niet meer zelf te tekenen maar dit te delegeren aan een ander raadslid of een notariële volmacht te geven.

Collegagroep raadsvoorzitters

Ben je voorzitter van de gemeenteraad? Sluit je dan aan bij de collegagroep raadsvoorzitters van VVSG. In deze groep deel je ervaringen, stel je vragen en leer je van collega’s uit andere lokale besturen.

Je krijgt toegang tot een apart MS Teams-kanaal, waar je makkelijk contact houdt met de andere raadsvoorzitters.