Het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden Aangelegenheden (VIPA) wijzigt hun aanpak bij het toekennen van klassieke investeringssubsidies voor kinderopvang. De aanpassingen zorgen voor meer duidelijkheid over de timing, de beschikbare middelen en de tijdelijke regels.
Subsidiebelofte volgt een jaar later
Dien je in 2025 een aanvraag in die ontvankelijk is? Dan kun je normaal gezien pas in 2026 een subsidiebelofte krijgen.Er kan sneller plaats vrijkomen als projecten met een vroegere datum wegvallen, bijvoorbeeld door een geweigerde omgevingsvergunning of stopzetting van het project.
Tijdelijk apart budget voor kinderopvang
Normaal verdeelt VIPA zijn middelen niet per sector. Maar voor kinderopvangprojecten maakt het fonds tijdelijk een uitzondering. Er is nu een afgebakend budget binnen de reguliere middelen. Daardoor kunnen kinderopvanginitiatieven sneller aan bod komen.
Tegen eind 2025: eenvoudiger kader voor kinderopvang
VIPA werkt aan een vereenvoudigd regelgevend kader voor kinderopvang. Dat moet procedures vlotter maken, zonder in te boeten op veiligheid of kwaliteit.
First in, first out met ruimte voor nuance
VIPA hanteert het principe 'first in, first out' (FIFO): wie eerst een volledig dossier indient, krijgt als eerste een subsidiebelofte. In sommige gevallen wijkt het fonds daarvan af, bijvoorbeeld bij aankopen met of zonder verbouwing waar een verkoper tijdelijk belooft niet te verkopen.
Zelf financieren? Dat kan, maar zonder garantie
Krijg je voorlopig geen subsidiebelofte, maar wil je niet wachten? Dan kun je je project zelf financieren, met eigen middelen of een lening. VIPA bekijkt wel eerst of je dat financieel aankan. Let op: zelf financieren geeft geen garantie op een latere subsidie.