
Europese meerjarenbegroting 2028–2034: wat betekent dit voor lokale besturen?

Op 16 juli presenteerde de Europese Commissie haar voorstel voor het nieuwe meerjarig financieel kader (MFK) 2028–2034. Met een totaalbudget van bijna twee biljoen euro wil de EU investeren in een sterker, veiliger en duurzamer Europa. Voor lokale besturen liggen er heel wat kansen, maar de concrete invulling zal in België vooral afhangen van de keuzes van de federale en Vlaamse overheid.
Eén plan voor vele Europese fondsen
Elke lidstaat moet één Nationaal en Regionaal Partnerschapsplan (NRPP) opmaken. Hierin worden verschillende Europese fondsen gebundeld onder één set doelstellingen en regels. Het totale NRPP-budget bedraagt ongeveer 865 miljard euro. Voor België is indicatief 8,8 miljard euro voorzien. De verdeling over de fondsen en prioriteiten gebeurt door de federale en Vlaamse overheid.
Voor lokale besturen zijn vooral deze fondsen relevant: EFRO (infrastructuur, innovatie, energie, klimaat), ESF+ (sociale inclusie, arbeidsmarkt, onderwijs), GLB en LEADER (plattelandsontwikkeling) en fondsen voor migratie en veiligheid.
Cofinanciering is verplicht. Lokale besturen moeten zelf ook investeren. Het EU-aandeel hangt af van de ontwikkelingsgraad van de regio:
- Minder ontwikkelde regio’s: max. 85 %
- Transitieregio’s: max. 60 %
- Meer ontwikkelde regio’s: max. 40 %
Minstens 14% van de nationale enveloppe moet naar sociale prioriteiten, in lijn met de Europese Pijler voor Sociale Rechten. Dat is geen apart budget voor ESF+, maar een doelstelling die via meerdere fondsen kan worden gerealiseerd. Voor lokale besturen zijn er vooral kansen rond sociale en betaalbare huisvesting, renovatieprojecten in kwetsbare wijken, toegankelijke publieke voorzieningen, arbeidsmarktintegratie en welzijn.
Het plan wordt opgesteld in overleg met lokale overheden, sociale partners en het middenveld, maar in België beslissen de federale en Vlaamse overheid over de inhoud. Hoeveel inspraak lokale besturen krijgen, hangt af van hoe dit in de praktijk wordt ingevuld.
Interreg: samenwerking over de grens
Interreg, de Europese territoriale samenwerking, blijft behouden en krijgt in het nieuwe MFK één centraal Interreg-programma met een budget van 10 miljard euro. Hoewel Interreg zijn grensoverschrijdende, transnationale en interregionale focus behoudt, wordt het administratief en strategisch afgestemd op de NRPP’s. Het volgt dezelfde kernprincipes: gedeeld beheer, partnerschap en resultaatgericht programmeren. De afstemming met de NRPP’s gebeurt via gezamenlijke strategische doelstellingen en door nationale inbreng in de programmacomités, zodat Interreg-projecten aansluiten bij de bredere nationale en regionale doelstellingen. Voor de financiering geldt dat het EU-aandeel maximaal 80% mag bedragen (minstens 20% nationale bijdrage), per Interreg-hoofdstuk. Dit moet het eenvoudiger maken om EFRO- en Interreg-middelen te combineren voor projecten met lokale én grensoverschrijdende impact.
Europees Competitiveness Fund (ECF)
Het nieuwe European Competitiveness Fund krijgt ongeveer 451 miljard euro en moet de strategische autonomie, innovatiekracht en groene transitie van Europa versterken. Het fonds investeert in:
- Schone energie en decarbonisatie
- Digitale transitie (AI, micro-elektronica, cybersecurity)
- Strategische capaciteiten (civiel-militaire infrastructuur, defensie, ruimtevaart)
Het LIFE-programma voor milieu, natuur en klimaat wordt geïntegreerd in het ECF.
Binnen het ECF blijft ook Horizon Europe een belangrijk programma, met een voorgesteld budget van ongeveer 175 miljard euro, tegenover 95,5 miljard euro in het huidige MFK. Voor lokale besturen biedt Horizon Europe kansen om via samenwerkingsprojecten te werken aan innovatie in mobiliteit, energie, digitalisering en klimaatadaptatie. Deelnemen gebeurt meestal in partnerschappen met universiteiten, bedrijven en andere overheden in Europa, wat extra netwerkkansen en toegang tot kennis oplevert. Een belangrijk verschil met de meeste andere EU-programma’s is dat Horizon Europe in de regel tot 100% van de in aanmerking komende kosten financiert (70% voor innovatieacties bij bedrijven, maar ook hier 100% voor non-profits), waardoor de eigen bijdrage voor lokale besturen beperkt of zelfs nihil kan zijn.
AgoraEU en CERV+: cultuur, waarden en burgerparticipatie
AgoraEU is geen nieuw programma, maar een bundeling van bestaande EU-instrumenten zoals Creative Europe en Citizens, Equality, Rights and Values (CERV), samengebracht in één overkoepelend kader binnen het MFK 2028–2034. Voor AgoraEU is ongeveer 8,6 miljard euro uitgetrokken, waarvan 3,6 miljard euro specifiek bestemd voor CERV+.
CERV+ richt zich op het bevorderen van de democratie, rechtsstaat en grondrechten, het versterken van burgerparticipatie, het bestrijden van discriminatie en het beschermen van kwetsbare groepen. Voor lokale besturen zijn er kansen om hiermee projecten te financieren rond onder meer participatieve democratie, gelijke kansen, integratie en de versterking van het lokale middenveld, en dit bijvoorbeeld via gemeentelijke jumelages. In vergelijking met het huidige MFK (2021–2027), waarin CERV over een budget van ongeveer 1,55 miljard euro beschikte, stijgt het budget voor CERV+ in 2028–2034 naar 3,6 miljard euro, bijna een verdubbeling, wat extra kansen creëert voor lokale besturen.
Erasmus+: leren, uitwisselen, samenwerken
Het budget voor Erasmus+ stijgt van 26,2 miljard euro naar 40,8 miljard euro.
Het programma ondersteunt samenwerkingen en uitwisselingen in onderwijs, opleiding, jeugd en sport. Lokale besturen kunnen bijvoorbeeld inzetten op schooluitwisselingen, jeugdprojecten, sportevenementen, digitaliseringsprojecten en initiatieven rond inclusie en duurzaamheid.
Kernprioriteiten in het meerjarig financieel kader
- Concurrentiekracht & Innovatie (o.a. Horizon Europe ± €175 mrd)
- Cohesie & Landbouw via NRPP’s, gekoppeld aan hervormingen
- Veiligheid & Migratie: verdrievoudiging van het budget
- Defensie: sterk verhoogde middelen
- Klimaat en Green Deal: minstens 35 % van het EU-budget naar klimaat en circulaire economie, met strengere rapportage
Nieuwe inkomstenbronnen voor de EU
De Commissie stelt drie inkomstenbronnen voor:
- 30 % van de ETS-opbrengsten (emissiehandel) naar de EU-begroting
- Nieuwe e-waste-heffing: 2 euro per kilo niet-gerecycleerd elektronisch afval (jaarlijks geïndexeerd)
- Indexatie van de plasticheffing: stijgt naar 1 euro per kilo niet-gerecycleerd kunststof
De ETS-bijdrage kan de nationale middelen uit dit fonds doen dalen, wat ook gevolgen kan hebben voor doorstroom naar lokale klimaatprojecten.
Slimme financieringsmix en resultaatgericht werken
Het combineren van fondsen wordt eenvoudiger, maar dubbele financiering blijft verboden: elke bron moet een duidelijk afgebakend deel van het project financieren. Dit geldt zowel voor gedeeld beheer (zoals EFRO) als direct beheer (zoals Horizon Europe).
Daarnaast wordt result-based financing belangrijker: subsidies worden (deels) uitgekeerd bij het behalen van meetbare resultaten.
Wat doet de VVSG?
De VVSG analyseert de ontwerpteksten nu grondig. In september volgt overleg met de federale en Vlaamse overheid en partners. Ons doel: zorgen dat lokale besturen in de nieuwe programmaperiode maximaal profiteren van Europese subsidies voor hun beleidsdoelstellingen.
Auteur
-
KrisVersaenStafmedewerker Gemeenten in Europa
Heb je een vraag over de inhoud van dit artikel?
Contacteer onsUp to date blijven?
Blijf op de hoogte van het belangrijkste nieuws voor en door lokale besturen. Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief.
InschrijvenNieuws
-
Nieuws
VVSG levert input voor advies investerings- en databeheersplannen Fluvius
Energie en klimaat -
Nieuws
Digitale toegankelijkheid onder de loep: Inter controleert gemeentelijke websites
Maatschappelijke dienstverleningDiversiteit en gelijke kansenDigitale transformatieBestuur en burger -
Nieuws
Lokale besturen essentieel voor Fit for 55, maar kampen met knelpunten
Energie en klimaat