Mechelen en Brugge werken samen aan Europees project SCIFI

SCIFI ("Smart City Innovation Framework Implementation") is een Interreg-project van Brugge, Mechelen, Delft en Saint-Quentin, samen met Agoria, Cambridge Cleantech, Faubourg Numerique en de University of Southampton. Het project ontwikkelt een framework dat kleine en middelgrote steden helpt bij het succesvol uitvoeren van Smart city-initiatieven in Europa.
Inhoud van deze pagina
Algemene gegevens
Reuzenstraat 1
2800 Mechelen
België
Wat is er gebeurd?
Kleine en middelgrote steden staan voor heel wat uitdagingen bij het opzetten van succesvolle Smart city-initiatieven. Binnen dit project is, op basis van reële use cases in de domeinen mobiliteit, energie en leefmilieu, een framework ontwikkeld met de nodige randvoorwaarden om een stad te transformeren in een Slimme stad. Alleen het installeren van een Internet of Things-infrastructuur volstaat immers niet. Zonder concrete, relevante oplossingen voor de stad en haar inwoners blijft deze infrastructuur een lege doos.
Daarom werden verschillende testcases uitgevoerd om te bepalen welke infrastructuur nodig is voor een slimme stadsorganisatie en hoe dergelijke uitdagingen als aanbesteding in de markt konden worden gezet. In Brugge en Mechelen ging het bijvoorbeeld over slimme fietswegverlichting, verkeerstellingen in schoolstraten, luchtkwaliteitsmetingen en het in kaart brengen van de kwaliteit van fietsinfrastructuur.
Uit deze testcases bleek dat steden drie belangrijke behoeften hebben:
- Een platform voor innovatieve aanbestedingsprocedures, zodat steden flexibeler en efficiënter kunnen samenwerken met de markt.
- Een wendbaar, real-time dataplatform om data te centraliseren, transformeren en delen met andere potentiële partners.
- Een netwerk van kennisinstellingen, innovatieve bedrijven en geïnteresseerde steden en gemeenten om samen tot schaalbare, innovatieve oplossingen te komen.
Op basis van deze inzichten heeft de stad Mechelen een concurrentiële dialoog op de markt geplaatst, begeleid door juridische experten, om deze componenten op te zetten. Daaruit werd een private partner geselecteerd: Cronos Public Services, met Telenet Business als onderaannemer. Zij leverden respectievelijk het innovatieplatform en het dataplatform, waarop bestaande sensoren en data werden geïntegreerd om nieuwe businesscases te ontwikkelen.
Parallel hieraan hebben Brugge, Roeselare en Leuven samen een dataplatform aanbesteed, gebouwd door Sirus en Cegeka.
Daarnaast werd binnen het project het ‘Smart cookbook for midsized cities’ geschreven. Dit biedt praktische handvatten voor kleine en middelgrote steden om succesvolle Smart city-initiatieven op te zetten.
Waarom?
- Steden komen met elkaar in contact en definiëren zo gezamenlijke uitdagingen. Ze engageren zich om samen op zoek te gaan naar oplossingen voor problemen die in elke stad relevant zijn.
- Steden leren van elkaar, van kennisinstellingen en van bedrijven welke standaarden er bestaan om datasets correct te publiceren. Door deze standaarden en methodologieën te delen en inzicht te geven in hoe gegevens vanuit bronsystemen verwerkt en opengesteld kunnen worden, verlaagt de drempel voor publicatie aanzienlijk. Bovendien worden eerst die datasets gepubliceerd die relevant zijn voor de gedefinieerde uitdagingen, zodat de inspanningen gespreid kunnen worden in de tijd.
- Door een gezamenlijke uitdaging te publiceren, wordt voor de markt meteen duidelijk dat er een breder potentieel is voor een ontwikkelde toepassing of oplossing. Dit zorgt voor een win-winsituatie: steden verlagen hun kosten, omdat de ontwikkelkost gedeeld wordt, en bedrijven zien sneller een haalbaar businessmodel, waardoor meer ontwikkelaars zich aanbieden.
- Het netwerk zoekt ook naar verbeterde manieren om aan te besteden. Zo kan een traject worden opgestart waarin een oplossing samen met bedrijven, steden, burgers en andere belanghebbenden wordt ontwikkeld.
Het beoogde resultaat
Het project kende de nodige uitdagingen, onder andere door de COVID-epidemie, maar Brugge en Mechelen slaagden erin om een aantal interessante use cases uit te werken. Deze praktijkervaring maakte niet alleen de noodzaak van een IoT-platform duidelijk, maar hielp ook om de randvoorwaarden voor zo’n platform scherp te stellen.
Daarnaast biedt het ‘Smart cookbook for midsized cities’ een toegankelijke publicatie met een overzicht van valkuilen en succesfactoren voor slimme stadsinitiatieven. Dit helpt andere steden om beter voorbereid aan de slag te gaan.
Wat waren de uitdagingen?
- Middelgrote en kleinere steden beschikken vaak niet over de nodige kennis en capaciteit om op grote schaal open data beschikbaar te stellen. Bovendien moet deze data aangeboden worden volgens internationale standaarden en in een machineleesbaar formaat, zodat andere systemen deze automatisch kunnen verwerken.
- Er bestaat een grote kloof tussen steden en bedrijven. Door strikte aanbestedingsregels blijft de interactie vaak beperkt tot een traditionele koper-leverancierrelatie. Dit maakt het moeilijk om de juiste match te vinden tussen de behoeften van een stad en de oplossingen die bedrijven aanbieden. Hierdoor blijven Smart City-toepassingen vaak steken in een pilootfase of worden ze gezien als een gadget in plaats van een volwaardige oplossing.
De succesfactoren
Uit het project bleek al snel dat data versnipperd zat bij verschillende stakeholders, wat de ontwikkeling van een datagedreven beleid bemoeilijkte. Dankzij het gecentraliseerde dataplatform wordt data nu op één plaats opgeslagen en beschikbaar gesteld.
Daarnaast heeft de samenwerking tussen Cronos Public Services en de stad ervoor gezorgd dat Mechelen sneller en effectiever kan inspelen op andere slimme stadsinitiatieven, zowel op Vlaams als Europees niveau.
Tips voor andere gemeenten
Slimme stadsinitiatieven moeten geïntegreerd worden in de bestaande stedelijke processen om deze efficiënter en slimmer te maken. Bij het testen van innovatieve toepassingen is het essentieel om steeds de langetermijnmogelijkheden in kaart te brengen.
De overgang van innovatie naar standaardisatie vraagt tijd en reikt vaak verder dan de looptijd van een project. Daarom is het cruciaal dat een stad een duidelijke langetermijnvisie ontwikkelt, zodat projectmatige en reguliere werking op elkaar afgestemd worden. Idealiter zijn de resultaten van een project zelfbedruipend, zodat de oplossingen blijven bestaan, ook nadat de projectfinanciering stopt.
Algemeen contact
Deel je eigen praktijk
Wil je actief helpen en onze praktijkendatabank aanvullen? Deel zelf een praktijkvoorbeeld en inspireer je collega’s.