

De federale regering beschikt over een stevige hefboom om met een relatief beperkte uitgave de staatsschuld met ruim 1 miljard euro lager te sturen. Dat bleek op de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding op 25 juni. De Gemeentelijke Holding is na veertien jaar nog altijd in vereffening. De enige reden waarom die vereffening niet kan worden afgesloten, zijn twee juridische procedures.
Betwiste tussenkomst van de federale overheid
De federale overheid had er zich bij de start van de vereffening in 2011 toe verbonden om voor de helft van het negatieve saldo tussen te komen, met een maximum van 132,5 miljoen euro. Nu alle activa al lang verkocht zijn en de Holding een negatief eigen vermogen van 1,1 miljard euro torst, is het zeker dat de Staat die verplichting moet nakomen. Toch wordt ze sinds 2023 betwist. Argumenten zijn het ontbreken van de noodzakelijke wettelijke basis en twijfels over de mogelijke strijdigheid met de Europese staatssteunregels.
Merkwaardig is wel dat tot 2023 de Staat geregeld overlegde met de vereffenaars over de modaliteiten van deze verbintenis. Die vereffenaars zijn wettelijk verplicht alles te doen om de rechten van de vennootschap te vrijwaren, en konden na een aanvankelijke ingebrekestelling niet anders dan de Staat te dagvaarden.
Hoop op een minnelijke regeling?
Eind 2025 zouden de pleidooien volgen, maar de Gemeentelijke Holding hoopt nog altijd op een minnelijke regeling. De 132,5 miljoen euro zou (als ook de andere rechtszaak afgerond raakt) de definitieve vereffening van de Gemeentelijke Holding mogelijk maken, wat de staatsschuld met liefst 1,1 miljard zou doen dalen. De schulden van de Gemeentelijke Holding worden immers al enige tijd bij die staatsschuld gevoegd. Bovendien is zowat 95% van de dotatie van de Schatkist bestemd voor de belangrijkste schuldeiser van de Holding, Belfius, een bank die 100% in overheidshanden is.
Linkebeek en Schaarbeek
Naast het geschil met de federale overheid, loopt er al ruim tien jaar een juridische procedure met de gemeenten Linkebeek en Schaarbeek. Beide besturen betwisten de geldigheid van de kapitaalverhoging van de Holding in 2009 en eisen het geld dat ze toen betaalden terug. In eerste aanleg en beroep kregen de gemeenten ongelijk, maar ze tekenden cassatieberoep aan.
Het Hof van Cassatie deed nog geen uitspraak, maar stelde wel een vraag aan het Europese Hof van Justitie. Dat is van oordeel dat de Gemeentelijke Holding bij de kapitaalverhoging een prospectus had moeten opstellen, wat niet gebeurd is. Of dit ook betekent dat het Hof van Cassatie het arrest van het Hof van Beroep zal vernietigen, is vandaag onduidelijk. Als dat zou gebeuren, betekent dit dat de procedure in beroep moet worden overgedaan, wat tot een nieuw uitstel van de afhandeling van de vereffening zal leiden.
Wat kleingeld voor gemeenten?
De gemeenten die in 2009 hebben ingetekend op de kapitaalverhoging van de Gemeentelijke Holding, kregen in 2011 een preferentieel dividend van 17,5 miljoen euro toegekend. Door de start van de vereffening later dat jaar, werd dat dividend nooit uitbetaald. Die vordering staat dus nog open. Volgens de vereffenaars bestaat de kans dat 2 tot ten hoogste 20% van dat bedrag alsnog kan worden gerecupereerd. Veel hangt af van de vraag of de Staat haar beloofde tussenkomst van 132,5 miljoen euro effectief betaalt.
Auteur
-
JanLeroySenior expert data en analyse
Heb je een vraag over de inhoud van dit artikel?
Contacteer onsMeer weten over
Up to date blijven?
Blijf op de hoogte van het belangrijkste nieuws voor en door lokale besturen. Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief.
InschrijvenRelevante kennisartikels
Nieuws
-
Nieuws
-
Nieuws
-
Oproep
Zin om na de zomer een innovatief project te starten?
FinanciënDigitale transformatieLokaal sociaal beleid