Mechelen als mentor in De Wisselaar: een organisatiestructuur gericht op toegankelijke dienstverlening

Status
Nieuw
Startdatum
Budget
Niet bekend

Zoals bij alle lokale besturen volgen de crisissen in Mechelen elkaar op. Het komt erop aan je daar niet door te laten overdonderen maar je erop te organiseren. Mechelen maakte de voorbije jaren werk van een eigen visie en organisatiemodel voor de sociale dienst/ OCMW, dat volop inzet op kwetsbare burgers. Onze praktijk en geleerde lessen deelden we met 5 collega-besturen in De Wisselaar.

Algemene gegevens

Adres

Lange Schipstraat 27
2800 Mechelen
België

Financiering
Met eigen middelen

Wat is er gebeurd?

Onze globale visie en organisatiemodel en hoe we hiertoe kwamen
Informatie- en Doorverwijzingsteam (ID-team): dit is de onthaalwerking van ons Sociaal Huis. Dit team helpt tijdens de openingsuren, dus ook zonder afspraak, de mensen verder of brengt hen tot bij de juiste dienst. Deze maatschappelijk assistenten zijn dus niet het voorportaal van het OCMW of andere diensten, maar focussen wel op rechtenverkenning. De maatschappelijk assistenten van het ID-team zijn uitstekend op de hoogte van de sociale kaart in Mechelen, tot in de details (waar kan je wanneer terecht en hoe toegankelijk is die dienst/organisatie?). Ze hebben ook telkens een stevige poot in een andere dienst of een ander projectteam binnen het Sociaal Huis, wat de rijkdom aan informatie vergroot. Tachtig procent van de hulpvragen bij ID zijn niet gerelateerd aan het OCMW. Het ID-team is dus het hart van het ruime Sociaal Huis. De Mechelaar kan in het Sociaal Huis terecht met kleine of grote vragen rond welzijn en gezondheid. Maar liefst 27 organisaties hebben er een vaste stek of een vast spreekuur. Dat zijn zowel eigen stadsdiensten als verschillende externe partners: Huis van het Kind, zitdagen van de FOD sociale zekerheid, consultatiebureau Kind en Gezin, de Huurdersbond, Begeleidingscentrum Autisme... 

1 cliënt = 1 MA: wanneer iemand zich aanmeldt bij het ID-team en het blijkt te gaan over een financiële hulpvraag, een vraag over huurwaarborg of een referentieadres, dan wordt de info doorgegeven aan het Algemeen Begeleidingsteam (ABT). Eén maatschappelijk assistent uit dat team doet het sociaal onderzoek, spreekt met de cliënt en bereidt het dossier voor met het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD). Vanaf dan start het begeleidingstraject tussen de cliënt en de maatschappelijk assistent. Deze MA’s zijn generalisten en houden steeds de regie over de cliëntdossiers. Zo vermijden we dat een cliënt voor elke nieuwe vraag, een nieuwe relatie met een MA moet opbouwen. Een backoffice aan specialisten ondersteunt deze MA’s.

Backoffice: de ondersteuning voor onze ‘frontoffice’-maatschappelijk assistenten, komt vanuit onze verschillende gespecialiseerde diensten en een administratieve dienst. Voor de complexe materie van budgetbeheer en tewerkstelling in artikel 60 bijvoorbeeld hebben we een team budgetbeheer en een team tewerkstelling. Er is ook een jurist beschikbaar via de backoffice. Dit zorgt ervoor dat de maatschappelijk werker minder moet uitzoeken en formeel in orde maken en meer focus kan leggen op de begeleiding van de cliënt. Cliënten hebben in principe slechts contact met 1 ‘gezicht’, al kan het gebeuren dat sporadisch ook een specialist toelichting geeft – ook dan is de cliënt-MA bij dat gesprek aanwezig.

Thematische hulpgelden: vroeger lieten we alles individueel beslissen door het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD). Sommige zaken worden echter altijd goedgekeurd: een logopedist voor een kind, bijvoorbeeld. Daarom heeft ons Vast Bureau een tijd geleden beslist dat een aantal zaken (limitatieve lijst) altijd ok zijn. Dit gaat om zaken die niet door de federale fondsen worden gevat en dus vanuit lokale middelen gefinancierd. Hulpgelden hiervoor worden nu volledig geregeld door onze maatschappelijk assistenten - zonder de BCSD-flow. Dit geeft meer handelingsruimte en versterkt de relatie tot een cliënt. 

Vlotte Balie: onze MA’s kunnen nu hun cliënten voor een limitatieve lijst van aanvraagsystemen en attesten inboeken bij een collega die dit dan opneemt. Dit maakt dat ze meer tijd hebben voor begeleidingswerk en door het schaalvoordeel gaat het aanvragen van al die zaken ook sneller.

Referentie-MA’s: soms heb je als MA interesse en zin om je meer in te zetten voor specifieke groepen binnen bepaalde thema’s. VerderBovendien staat de wereld nooit stil en is het opportuun om binnen bepaalde evoluties korter en gerichter te handelen voor specifieke groepen. Voor de meeste doelgroepen is er meestal een andere organisatie actief. Vroeger lieten we iedereen hulp aanvragen via onze  voordeur. Wat dan volgt zijn meerdere tussenstappen om uiteindelijk bij een MA te komen. Nu proberen we vaker – als mogelijk - korte lijnen te creëren. Bepaalde doelgroepen kunnen rechtstreeks naar de referentie-MA’s voor deze doelgroep stappen. Dat verbetert de onderlinge samenwerking enorm en is aangenamer voor de cliënt én voor de MA.

Kaders in plaats van rekenbladen: soms creëren we onze eigen bureaucratie met allerlei rekenbladen met microregulering. Zeker voor zaken als werkbereidheid, hulpgelden, opvolging van studies en Nederlandse les,… kan dit leiden tot ‘computer says no’-denken: de individuele context en het gezond verstand krijgen geen enkele ruimte meer in die schijnbaar rationele en efficiënte regulering. Wij proberen voor de belangrijkste zaken niet meer te werken met micro-voorwaarden, maar wel met algemene toetsingskaders. Dit geeft meer mogelijkheden rond menselijke besluitvorming en toch hebben de MA en de dienst handvaten en houvast.

Waarom?

De organisatiestructuur van het Sociaal Huis Mechelen is nu 10 jaar oud. Het proces is uitdagend geweest, maar we zien de effecten ervan. We helpen de mensen beter en het is aangenamer werken voor de medewerkers. We zien dat aan het sterk verminderd aantal agressie-incidenten aan onze balie, en aan de daling van het aantal klachten over de dienstverlening. De take-up van tegemoetkomingen is gestegen – het beste bewijs dat de toegankelijkheid verbeterd is. 

De kracht van deze werking, van waar we nu staan, zit vooral in het feit dat we alle veranderingen van de voorbije 10 jaar gekoppeld hebben aan één groot ‘verhaal’. Toegankelijke dienstverlening is onze hoofddoelstelling. We verbeteren de dienstverlening voor de cliënt, én voor de maatschappelijk werker. En die win-win is nodig om het recht op maatschappelijke integratie te kunnen blijven garanderen voor onze burgers.

Voor De Wisselaar hebben we in 5 trajecten andere besturen wegwijs gemaakt in één of meerdere aspecten van deze werking. We wilden dit alles delen met andere besturen die zoekende zijn, die al concreet plannen hebben om hun dienst te veranderen of die nood hebben aan een klankbord en een nieuwe kijk. 

Het beoogde resultaat

Het doel: een meer toegankelijke en flexibele sociale dienst met daarbinnen de focus op de relatie tot de cliënt en hulpvrager is in Mechelen een feit. Maatschappelijk werkers nemen alle levensdomeinen op van hun cliënt in een 1 op 1 relatie en worden hierbij ondersteund en administratief ontlast. Het organisatiemodel van de dienst geeft vorm aan onze visie.

Dit is geen einddoel, dit werk is nooit af en vraagt steeds om evaluatie, om bijsturing en om verfijning. En om nieuwe keuzes.

Vanuit de uitwisseling met andere OCMW’s en sociaal huizen, rond de hele visie en rond deelaspecten, kwam er heel wat in beweging bij onze collega’s. Van heel fundamentele en structurele ingrepen en verandering tot heel concrete operationele keuzes en aanpassingen. Op maat van ieders gemeente en context.

 

Wat waren de uitdagingen?

Voor de uitwisseling met andere besturen noteerden we deze uitdagingen: 

-Een evenwicht zoeken tussen theoretisch in de diepte de zaken door te praten op beleids-management vlak en de praktijk zelf te verkennen zonder daar te verzanden in de techniciteit van de job.

-Bepaalde weerstand tegen verandering bespreekbaar maken

-Je bent er niet om de ander te overtuigen, wel om jouw werking en visie uit te dragen en van daaruit openheid te laten om in een fundamenteel gesprek te gaan

-Zo een uitwisseling is niet vrijblijvend, het vraagt om een verregaand engagement van beide partijen

De succesfactoren

Je moet een parler-vrai hanteren als mentor (kaarten op tafel, toegang tot documenten, je eigen praktijk ook kritisch benaderen) en die parler-vrai ook verkrijgen bij de dienst die bij jou komt leren. Het voordeel is dat je beiden gedeelde ervaring en grond hebt, dit krijg je niet met een externe consultant.

Tips voor andere gemeenten

  • Bij veranderingsprocessen zoek je intern draagvlak. Bega wel niet de fout om meteen alles te willen micro managen en iedereen mee aan boord te krijgen. Op een bepaald moment moet je krachtlijnen en kaders beslissen. 
  • Bepaal geen te rigide plannen en kaders. Wat je zoekt, is voldoende houvast en visie (een kompas) om daarbinnen flexibel te kunnen meebewegen met wat zich aandient. En wat niet werkt, laat je los.

Algemeen contact

Video's

Deel je eigen praktijk

Wil je actief helpen en onze praktijkendatabank aanvullen? Deel zelf een praktijkvoorbeeld en inspireer je collega’s.

Laad je praktijk op