

▶ in contact
Na een carrière van ruim veertig jaar lonkt het pensioen voor Bart Backaert, hoofdbrigadier van Team Groen bij de stad Aalst én pionier in ecologisch natuurbeheer. ‘Dit is een heerlijke periode, waarin ik er intens van geniet mijn kennis, visie en ervaring door te geven aan collega’s en andere groenliefhebbers.’
Bart Backaert kwam uit de tuinbouwschool toen hij in 1979 startte bij de groendienst van Aalst. ‘Tuinbouw in de jaren 1970, dat was de grootste vijand van de natuur – het tegendeel van wat ecologisch beheer moet zijn. Het resultaat was dat ik een holistische, ecologische kijk op natuurbeheer ontwikkelde. Ik kan het iedereen aanraden: in de leer gaan bij je vijand. (lacht) Nadien volgde ik een opleiding natuurgids en solliciteerde ik hier bij de groendienst: ik wilde in een publieke, niet-commerciële omgeving met planten werken.’
Hij aardde er goed, bij die groendienst waar toen een bont allegaartje aan het werk was. ‘Als je niet meer achter de vuilniskar kon lopen, dan moest je maar naar de groendienst. Of iemand die het op een andere dienst te bont had gemaakt en die dan gestraft werd: groendienst! Dat was toen zo’n beetje de realiteit – gelukkig is dat intussen al lang veranderd.’ Bart Backaert overtuigde zijn bazen met zijn kennis, passie en visie, en al na enkele jaren werd hij als dienstdoend ploegbaas verantwoordelijk voor het stadspark. ‘In die periode was groen in de stad vooral een kwestie van verfraaiing – denk aan de bloempot aan een lantaarnpaal. En een park, dat moest niet interessant maar proper zijn.
Toen mijn baas me dus vroeg of ik de verantwoordelijkheid over het stadspark wou, antwoordde ik met een tegenvraag: “Mag ik mijn zin doen?” (lacht) Het resultaat: al ruim dertig jaar doen we hier in het park aan extensief ecologisch beheer: niet te veel maaien of snoeien, maar integendeel de natuur en de biodiversiteit een kans geven. In mei bloeiden er hier honderden orchideeën. Joggers laten me weten dat ze hier ’s ochtends reetjes zien. Studiebureaus, verenigingen of steden en gemeenten: allemaal komen ze graag eens langs om de langetermijnresultaten van zulk beheer te bewonderen.’
Bart Backaert is 25 jaar hoofdbrigadier van de Aalsterse Groendienst, die vandaag zowat 50 medewerkers telt. Hij ontwikkelde een integrale visie op het ecologische beheer van publieke groenruimte, waarover hij met veel passie blijft vertellen.
Na het stadspark volgden nieuwe, extra verantwoordelijkheden: Bart Backaert werd hoofd van de groendienst, wat hij intussen al 25 jaar is. ‘“Hoofdbrigadier” – een uitdovende functiebenaming. (lacht) De nieuwe functie is “teamverantwoordelijke” – en ik wil mijn opvolger Kristof de volgende maanden nog zoveel mogelijk kennis en inzichten meegeven. Met Team Groen staan we in voor het beheer en onderhoud van alle groen in de openbare ruimte van Aalst en deelgemeenten: sport- en recreatievelden, sociale woonwijken, wegbermen, parken, natuurgebieden, begraafplaatsen...
Onze dienst telt 45 à 50 medewerkers, onderverdeeld in teams met elk hun specifieke taken en bijhorende uitrusting en machines. Bijzonder aan onze stad is dat we veel natuurgebied in eigen beheer hebben. Voor heel specifieke opdrachten zoals het onderhoud van bepaalde wandelwegen werken we samen met een bedrijf voor sociale tewerkstelling. En ook met een vereniging zoals Regionaal Landschap Schelde-Durme werken we heel goed en prettig samen: samen realiseerden we zo Heuvelpark, een open kouter van 15 hectare die we omvormden tot een natuurlijk speelterrein. Maar we doen dus ook heel veel zelf, en die opgebouwde expertise is zeker een troef voor onze stad.’
‘We hebben een planning, maar zijn vooral afhankelijk van de weersomstandigheden: de hardnekkige regen van de voorbije maanden heeft onze planning vaak in de war gestuurd. Sommige beheerwerken zijn gewoon onmogelijk of ongewenst, als de grond doorweekt is. Ook meldingen van bewoners – bijvoorbeeld over afgewaaide takken – check ik bij het opstaan en als het iets voor ons is, ga ik samen met Kristof de situatie ter plekke beoordelen. Ligt die tak op openbaar domein? Kunnen en mogen we de hele boom kappen? Hoe zit het met de vergunningen? We raadplegen het kadaster, nemen contact op met andere overheidsdiensten of betrokkenen enzovoort.’
‘Maandelijks hebben we een groenoverleg met collega’s van de teams ruimtelijke ordening, natuur en duurzaamheid, openbare werken. Dan zitten we samen om projecten te bespreken: nieuwe verkavelingen bijvoorbeeld, of nieuwe wegen. Het klinkt tegenstrijdig, maar op die manier komt er steeds meer openbaar groen bij. We bekijken de ontwerpen, gaan ter plekke, adviseren over de keuze en plaatsing van boomsoorten en meer. Het uitgangspunt is daarbij: is het goed en makkelijk te onderhouden – economisch dus – én ecologisch waardevol? Ook met andere stadsdiensten zoals cultuur, jeugd, sport of toerisme is er een vruchtbare kruisbestuiving. We vinden elkaar spontaan. In de binnentuin van het stedelijk museum hebben we een kruidentuin aangelegd, de dienst toerisme heeft zonet een wandelbrochure omtrent merkwaardige bomen gemaakt.’
Ook na zijn pensioen zal Bart Backaert zijn kennis blijven delen. Hij is lesgever bij Inverde en als natuurgids komt hij met veel mensen in contact. ‘Dat is fijn, omdat je van die mensen vaak positieve feedback krijgt. Bij de stadsdiensten horen we toch vooral de misnoegden – wie tevreden is, contacteert ons niet.’ Hoe zou hij zijn visie op natuur samenvatten? ‘Ik hanteer in mijn visie op groen vijf E’s: economie, ecologie, erfgoed, esthetiek en educatie. Respect hebben voor erfgoedwaarde.
Economie: je werk zo organiseren dat je niet elke week met een leger zware machines ergens naartoe moet. Daarmee gepaard gaand: ecologie. Elk stukje groen is waardevol en extensief beheer geeft de natuur tijd en ruimte. Educatie: via informatie en beleving groen weer spannend en interessant maken. We doen dat op verschillende manieren. In het centrum van de stad hebben we intussen veertig verschillende soorten bomen aangeplant – elke leraar biologie van een van onze vele scholen kan naar buiten stappen en zijn of haar leerlingen kennis doen maken met de rijkdom van de natuur. Esthetiek: niet alles zomaar volplanten maar naar de omgeving kijken. Open ruimte, vergezichten: dat is tegenwoordig zo schaars, ook dat moet je waarderen. Groen mag nooit een overlast zijn.’
Wat zijn de huidige en toekomstige uitdagingen voor een groendienst? ‘Vroeger lag de klemtoon op het verfraaien of opfleuren van een stad. Ik denk dat je een stad vandaag moet inrichten in functie van de klimaatverandering, met groen als natuurlijke airco. Om de biodiversiteit te stimuleren is het ook goed om de ecologische functie opnieuw centraal te zetten, wat trouwens vaak ook economischer is. Belangrijk is dat je als natuurbeheerder weet waar je naartoe wilt, een visie hebt. Als je een straatboom plant, moet je nu al weten wat het einddoel is. Wat zijn de pluspunten op het vlak van verkoeling, esthetiek, ecologie? Hoe moeten we die boom snoeien of scheren zodat er nesten in komen, zodat hij niet tegen huizen aangroeit? Vaak komen beheerders pas in actie als er een probleem is. Het is beter om eerst goed na te denken.’—
Auteur
-
GuyBourgeoisRedacteur Lokaal
Heb je een vraag over de inhoud van dit artikel?
Contacteer onsUp to date blijven?
Blijf op de hoogte van het belangrijkste nieuws voor en door lokale besturen. Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief.
InschrijvenNieuws
-
Standpunt
Omgevingsvergunningplicht: gemeenten vragen duidelijke regels met ruimte voor lokale sturing
Ruimtelijke ordeningPublieke ruimteMilieu -
Nieuws
-
Nieuws