Vonnis over trajectcontroles via TaaS toont nood aan robuust wettelijk kader

De uitspraak van de politierechter in Vilvoorde over een boete uit een private trajectcontrole roept heel wat vragen op. Het gaat daarbij niet over de GAS5-regeling op zich, maar wel over de specifieke werkwijze via TaaS, een consortium van private aanbieders. Lokale besturen willen snelheidscontroles correct organiseren, met respect voor alle wettelijke vereisten en met verkeersveiligheid als doel. Dat vraagt een stevig en ondubbelzinnig wettelijk kader. 

Gemeenten handelen volgens de geldende regelgeving 

De uitspraak gaat niet over de GAS5-regeling zelf, maar over één specifieke werkwijze met een private aanbieder. Gemeenten die vandaag met TaaS werken, doen dat in lijn met het GAS5-decreet en op basis van de standpunten van de Vlaamse regering. Zo werd leasekoop tot nu toe beschouwd als een vorm van financiering door de lokale overheid, zoals voormalig minister Lydia Peeters eerder verduidelijkte. Lokale besturen handelen dus niet in een juridische leegte, maar volgen de regels en richtlijnen die op dit moment van kracht zijn. 

Als werkwijze niet sluit, moet wetgever bijsturen 

Het vonnis legt opnieuw bloot hoe complex de regelgeving rond snelheidscontroles is. Als uit de verdere analyse zou blijken dat de huidige werkwijze toch niet sluitend is, dan moet die worden aangepast. Gemeenten staan daar volledig achter. Ze willen snelheidscontroles correct, transparant en rechtmatig uitvoeren. Maar dat kan alleen wanneer het wettelijke kader duidelijk is en geen ruimte laat voor interpretatieverschillen. Daarom pleit de VVSG al veel langer voor een robuust wettelijk kader. 

Lopende evaluatie moet leiden tot rechtszekerheid 

Vlaams minister van Mobiliteit Annick De Ridder laat op dit moment een grondige evaluatie uitvoeren van de trajectcontroles en het GAS5-systeem, met resultaten in de zomer van 2026. Lokale besturen rekenen daarop om eindelijk tot een helder en robuust kader te komen. Een kader dat juridische zekerheid biedt, dat duidelijk vastlegt hoe financiering en validatie moeten verlopen, en dat voorkomt dat individuele dossiers opnieuw voor onrust zorgen. Dat was ook het pleidooi van VVSG-voorzitter Wim Dries in De Ochtend op Radio 1.(opent nieuw venster)  (start op 02:34)

We analyseren het vonnis in detail 

Ondertussen bestuderen we grondig het vonnis en houden hiermee rekening in onze verdere analyses en standpunten.  

Verkeersveiligheid blijft de inzet 

Trajectcontroles werken. Uit veiligheidsbevragingen blijkt ook dat burgers vragende partij zijn naar snelheidscontroles. Gemeenten zetten ze in om snelheidsovertredingen terug te dringen en de veiligheid in woonkernen, op schoolroutes en op regionale wegen te verhogen. Die inzet blijft. Maar om dat goed te doen, hebben lokale besturen een wetgeving nodig die klopt, toekomstbestendig is en die het vertrouwen van inwoners versterkt. 

Lokale besturen zijn dan ook vragende partij voor een sluitend juridisch kader dat elke discussie wegneemt, zodat ze hun rol in verkeersveiligheid maximaal en correct kunnen blijven opnemen.