Sinds juli 2022 is energiedelen van hernieuwbare energie tussen meerdere publieke gebouwen van éénzelfde entiteit (titularis) mogelijk, naast ook P2P (delen tussen 2 gebouwen van een andere entiteit).     

Via dit principe "energiedelen zelfde titularis" kan je de injectie van PV of andere hernieuwbare installaties "delen" tussen publieke gebouwen binnen één entiteit (gemeente of AGB of OCMW). Uiteraard heb je in deze gebouwen een kwartiergelezen meter nodig (AMR of gewone digitale meter) en heb je best wat zicht op de energieverbruiken en productie van de (grootste) gebouwen. Het is ook essentieel om niet enkel de huidige productie te gaan delen, maar om de hernieuwbare productie te maximaliseren in alle gebouwen. Dit is de meest rendabele en toekomstgerichte stap : maximaliseer de eigen productie en zelfconsumptie. Het saldo kan je dan vervolgens relatief eenvoudig delen tussen de eigen publieke gebouwen.  

Er waren daarover heel wat vragen en onduidelijkheden, die intussen - grotendeels - werden uitgeklaard en neergeschreven in de beknopte en praktische handleiding 'Energiedelen zelfde titularis'. Deze handleiding is gebaseerd op de ervaring van DDS Streekregisseurs,  in samenwerking met VVSG Netwerk Klimaat en enkele lokale besturen (Kortrijk, Genk...) die hierin het pad effenden en de puzzelstukken samenlegden.   

Het voordeel is momenteel vooral financieel en ook niet gigantisch. Je vermijdt immers enkel de iets duurdere afname van het energiecomponent in het ene gebouw (zonder PV panelen), door op kwartierbasis de injectie "te matchen" met een ander gebouw waar er op datzelfde kwartier nog stroom wordt afgenomen . Het verschil tussen de hogere afname prijs en de lagere injectievergoeding van het energiecomponent is het voordeel dat je per maand op je afrekening ziet verschijnen.    

Opgelet: enerzijds is er - bij het VEB - een forfaitaire jaarlijkse kost (KDV = Kosten Dekkende Vergoeding) van 48€ per delende EAN.  Tussen 2 delenden gebouwen en respectievelijke injectie en afname EAN's heb je dus minstens 96€ / jaar als forfait.   In uitzonderlijke gevallen waarbij de gebouwen zowel van elkaar ontvangen als naar elkaar terugsturen (= 2 delende EAN's PER gebouw= 4x48€ of 192€)  kan de forfaitaire kost dus 4x 48€ of 192€ per jaar bedragen.  Deze situatie kan bijvoorbeeld toch nog interessant zijn als de beide gebouwen een grote PV installatie hebben die respectievelijk oost en een west georienteerd ligt. Hierdoor kunnen deze gebouwen doorheen de dag afwisselend én complementair injecteren en afnemen.     

Dezer forfaitaire kost weegt voor kleine gedeelde volumes uiteraard zwaar door op het (relatief beperkte) voordeel dat via energiedelen wordt gerealiseerd. Deze kosten zijn bijvoorbeeld niet te recuperen voor Sociale huisvesting Maatschappijen die hun injectie naar de gemeenschappelijke delen van het verhuurde patrimonium willen sturen om de energiekost van hun sociale huurders te verminderen.   We zijn hierover in gesprek met VEB en Fluvius om de oorzaak van deze kosten (IT aanpassingen en manuele handelingen) aan te pakken.   Daarnaast is energiedelen niet mogelijk met afnemers die klant zijn bij Fluvius als sociale leverancier  (opgelet wel mogelijk voor afnemers met sociaal tarief, want dit is een regulier markt contract).   

Anderzijds zal de variabele KDV op injectie enkel nog worden aangerekend op het netto injectievolume.  Wordt alle injectie gedeeld, dan wordt er geen variabele KDV meer aangerekend.  De ontvanger (afname) blijft voor de variabele KDV afgerekend op het bruto-volume.   Deze variabele KDV is momenteel 2.75€ per MWh bij het VEB. 

Energiedelen zelfde titularis is uiteraard een eerste - belangrijke - stap in het verder optimaliseren van de productie en afname op kwartierbasis, om via actieve vraagsturing van bestaande installaties het verbruik ervan zo veel mogelijk te laten samenvallen met de tijdstippen waarop er veel productie is.  Of door via opslag (thermisch of elektrisch) deze stroom te bufferen, aan aansturen van nieuwe grootverbruikers zoals laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen of een nieuwe warmtepomp die de stookketel vervangt.  Zo draag je ook actief bij aan het optimaal gebruik van het elektriciteitsnetwerk dat steeds meer decentrale opwek én elektrische grootverbruikers moet aankunnen. 

Dit worden al snel complexe berekeningen en afwegingen, maar hier zal tegen half 2023 een gratis simulator ter beschikking worden gesteld voor de gebouwen van alle lokale besturen, een samenwerking tussen VVSG Netwerk klimaat (opdrachtgever), VUB - EVERGi (opdrachtnemer), de partners Fluvius en het VEB (verbruiksgegevens en TERRA integratie) en VEKA - Digitaal Vlaanderen (koppeling met de zonnekaart).  Deze simulator zal het "matchen" tussen gebouwen en het financiële voordeel doorrekenen voor zowel energiecomponent als het capaciteitstarief en het potentieel ervan inzichtelijk maken voor 1-5-25-100 of meer gebouwen.   

Deze handleiding "energiedelen zelfde titularis" is dus de "1.0 handleiding" én een levend document dat de komende weken en maanden nog zal worden geupdate. Nadien zal er vanuit de ervaringen bij DDS en andere lokale besturen ook een "2.0 handleiding" volgen, om ook te starten met actieve vraagsturing en verdere optimalisatie van zelfverbruik.  Aangezien we voor de 2030 -2050 doelstellingen alle publieke gebouwen in de renovatie stijgers zullen zetten richting koolstof neutrale publieke infrastructuur, kunnen we best meerdere vliegen in één klap slaan én tegelijk ook flexibele, stuurbare installaties plaatsen. Een tipje van de sluier werd ook op deze webinar "hernieuwbare energie maximaliseren en delen" meegegeven. 

Zo dragen we als lokale besturen ons steentje bij aan een stabiel, hernieuwbaar energiesysteem én kunnen we er ook de vruchten van plukken. 

Naar pagina

renovatie patrimonium