miniatuur mannetjes op muntjes

Gepubliceerd op: 12-10-2023

De federale regering sloot op 9 oktober 2023 een begrotingsakkoord af, met ook een aantal beleidsmaatregelen die voor lokale besturen van belang zijn. Het stelsel van de flexi-jobs wordt verstrengd en uitgebreid naar de publieke sectoren kinderopvang, onderwijs, sport en cultuur. Er worden extra middelen vrijgemaakt voor de lokale politie, o.a. om het sectoraal akkoord met een loonsverhoging versneld uit te voeren. Er komt ook extra geld om bijkomende opvangplaatsen te creëren in de asielopvang.

De VVSG juicht de inspanningen van de federale regering toe. Wij blijven echter ijveren voor een uitbreiding van het stelsel flexi-jobs naar de zorgberoepen in alle zorgsectoren (waaronder de woonzorgcentra en de thuiszorg). De personeelstekorten zijn in deze sectoren namelijk minstens even groot als in de sectoren waarin flexi-jobs wel mogelijk (zullen) zijn. Daarnaast betreurt de VVSG dat de federale regering een financiële compensatie invoert voor de verhoging van het Gewaarborgd Gemiddeld Minimum Maandinkomen (GGMMI), die beperkt blijft tot werkgevers uit de private sector. Zo wordt er opnieuw een ongelijkheid gecreëerd tussen de private en de publieke werkgevers, terwijl de VVSG al lang ijvert voor een gelijke behandeling.
 

Uitbreiding en verstrenging stelsel flexi-jobs

Vanaf 1 januari 2024 komt er een uitbreiding van het stelsel van de flexi-jobs met 12 nieuwe sectoren: busvervoer, kinderopvang (privaat + publiek), onderwijs (privaat + publiek), publieke sport- en cultuursector, autosector, vastgoedsector, verhuissector, land- en tuinbouwsector, eventsector, begrafenisondernemers, voedingssector, rijscholen en opleidingscentra. Deze uitbreiding komt dus bovenop de 10 sectoren waarin flexi-jobs al mogelijk zijn (waaronder voor niet-zorgfuncties in delen van de zorgsector).

Voor de lokale besturen is de uitbreiding naar de sectoren kinderopvang, onderwijs en de publieke sport- en cultuursector van belang.

Met uitzondering van de horeca komen er strengere voorwaarden:

  • Hogere sociale bijdragen voor de werkgever: 28% in plaats van 25%
  • De flexi-jobber krijgt het sectoraal minimumloon i.p.v. een algemeen (lager) minimumloon
  • Een inkomensplafond uit flexi-arbeid van €12.000/jaar (€7190 voor vervroegd gepensioneerden)
  • Een wachttijd voor werknemers die van overstappen van een voltijdse job naar een 4/5de job
  • Geen flexijobs meer bij verbonden ondernemingen

Gelet op de personeelstekorten in deze sectoren juicht de VVSG de uitbreiding naar de sectoren kinderopvang, onderwijs, sport en cultuur toe. Dit akkoord blijft echter een gemiste kans om het stelsel uit te breiden naar de zorgberoepen in alle zorgsectoren (waaronder de woonzorgcentra en de thuiszorg). De personeelstekorten zijn in deze sectoren namelijk minstens even groot als in de sectoren waarin flexi-jobs wel mogelijk (zullen) zijn. De VVSG dringt al geruime tijd aan op deze uitbreiding, en blijft hierop aandringen.

De VVSG heeft geen probleem met de verstrenging van de regels. Een wachttijd voor werknemers die overstappen van een voltijdse job naar een 4/5de job is aanvaardbaar. De VVSG ziet deze maatregel ook niet als een vorm van goedkope arbeid, maar wel als een stelsel om extra handen op de werkvloer te krijgen. Hetzelfde loon als een reguliere medewerker is dan ook logisch.
 

Maatregelen lokale politie en veiligheid

Er komt een versnelde uitvoering van het sectoraal akkoord 2022 voor de politie. Een eerste verhoging (45% van de verhoging) is al gebeurd op 1 oktober 2023; een tweede verhoging (45% van de verhoging) was voorzien op 1 oktober 2024 en een laatste verhoging (10% van de verhoging) zou ingaan op 1 oktober 2025. Er is nu beslist dat de verhoging in oktober 2024 55% zal bedragen. De uitvoering van het sectoraal akkoord wordt dus met 1 jaar ingekort. De totale kostprijs van dit sectoraal akkoord zou voor de lokale politie 91 miljoen euro bedragen (bij 100% uitvoering van het akkoord). Minister Verlinden heeft beloofd de meerkosten voor de lokale politie voor rekening van de federale overheid te nemen. We stellen vast dat de minister voor de periode oktober-december 2023 al 10,5 miljoen euro aan extra federale dotaties voor de lokale politiezones heeft voorzien. De VVSG is tevreden dat minister Verlinden zich aan haar belofte houdt. Maar het is nog niet duidelijk hoeveel federale dotaties de politiezones ontvangen in 2024 ter compensatie van de meerkosten van het sectoraal akkoord.

Het wetsontwerp bestuurlijke handhaving legt de oprichting vast van een 'Directie Integriteitsbeoordeling voor Openbare Besturen’, de zogenaamde DIOB. De DIOB moet de regering adviseren en advies geven aan lokale besturen in het kader van de integriteitsonderzoeken die zij voeren naar uitbaters die gelinkt worden aan ondermijnende criminaliteit. Voor de opstart (personeel, ICT, enz…) in 2024 wordt 500.000 euro vrijgemaakt. De VVSG is tevreden dat de federale overheid extra middelen uittrekt voor de werking van de DIOB, want de DIOB zal een belangrijke ondersteunende functie hebben voor lokale besturen, van zodra de wet bestuurlijke handhaving wordt goedgekeurd in het federaal parlement.

Er komt een éénmalige impulssubsidie (1,5 miljoen euro) om politiezones te stimuleren om de nabijheid en de bereikbaarheid van de politie te optimaliseren en de basispolitiezorg te verzekeren over heel het land.  Het is nog niet duidelijk hoe die middelen verdeeld zullen worden onder de politiezones.

Het ANPR-cameranetwerk wordt uitgebreid. Hiervoor zou 20 miljoen euro geïnvesteerd worden. De investering dient niet alleen om nieuwe camera’s te plaatsen, maar ook om software en servers up-to-date te houden en om ­oude camera’s te vervangen. Het zou ook de bedoeling zijn om de vele ANPR-camera's van lokale politiezones en steden en gemeenten aan te sluiten op hetzelfde netwerk.  Deze investering zou gefinancierd worden met middelen uit het verkeersveiligheidsfonds. De VVSG vraagt dat dit geen financiële gevolgen heeft voor de middelen die de politiezones uit het verkeersveiligheidsfonds ontvangen.

Tot slot wordt de omkadering van de Civiele Bescherming versterkt, zodat de interventiecapaciteit in een volgende fase gericht kan worden uitgebreid en ingezet. Hiervoor zou de federale regering 2 miljoen euro voorzien in 2024.

 

Compensatie verhoging Gewaarborgd Gemiddeld Minimum Maandinkomen (GGMMI)

Op 17 maart 2023 sloten de sociale partners van de private sector een interprofessioneel akkoord af voor de periode 2023-2024. Een van de maatregelen van dit akkoord betreft de verhoging van het Gewaarborgd Gemiddeld Minimum Maandinkomen (GGMMI), respectievelijk in 2024 en in 2026. De federale regering heeft nu beslist om een financiële compensatie te voorzien voor de kosten van deze loonstijging, waarbij de werkgevers in de private sector een (bijkomende) korting krijgen op de patronale bijdragen.

De VVSG betreurt dat er opnieuw een korting op de werkgeversbijdragen wordt gecreëerd die enkel van toepassing is op werkgevers in de private sector. De VVSG dringt er nogmaals bij de federale regering op aan om verminderingen op werkgeversbijdragen op een gelijke manier toe te kennen aan alle werkgevers, zowel uit de private als uit de publieke sector.
 

Asielopvang

De federale regering verhoogt het budget voor de asielopvang met €150 miljoen per jaar. Met dit extra budget moeten er nieuwe opvangplaatsen gecreëerd worden. De VVSG vindt dit een goede zaak: deze extra middelen waren dringend nodig.