Auteur:

Gepubliceerd op: 15-11-2021

Het nieuwe bedrijf Fiberklaar plant in heel wat Vlaamse gemeenten de uitrol van een glasvezelnetwerk. Het moet hiervoor samenwerken met de gemeente. Net als bij andere nutswerken op en in het openbaar domein geldt ook dan de de Code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen.

 

Code van toepassing

 

Fiberklaar is een nieuwe speler op de markt van de aanleg van glasvezelkabels. Wat Fiberklaar aan gemeenten voorlegde, leidde bij verschillende gemeenten tot vragen, omdat het de indruk wekte af te wijken van de afspraken in de Code voor infrastructuur- en nutswerken langs gemeentewegen. Dat was niet de bedoeling, Fiberklaar engageert zich om de Code na te leven en verwacht van de gemeenten hetzelfde. Die Code is ondertekend door 90% van de gemeenten en geldt voor alle infrastructuur- en nutswerken. Verschillende afspraken erin zijn overigens decretaal vastgelegd in het GIPOD-decreet.

 

Afstemming met andere initiatiefnemers noodzakelijk

Een belangrijk element in de Code was het beperken van de hinder op het openbaar domein. Concreet gebeurt dit door de verplichte synergie-aanvraag (art. 11 van het GIPOD-decreet, art. 13.2 van de Code). De initiatiefnemer van werken op het openbaar domein moet de voorgenomen werken dus afstemmen met andere initiatiefnemers op het openbaar domein. Dit impliceert ook dat de coördinatie van de timing door de deelnemende partijen in die synergie moet afgesproken worden. 

 

Veel gestelde vragen

We delen graag ons antwoord op een aantal vragen die ons in dit verband al gesteld werden:

  • Gemeenten kunnen, maar moeten niet, één domeinvergunning voor het gehele project op hun grondgebied afleveren. Essentieel is dat de gemeente voldoende zicht krijgt en houdt op de concrete timing per straat, bijvoorbeeld om conflicten met andere werken of evenementen te vermijden.
  • Naargelang het soort werk geldt de daaropvolgende 2 respectievelijk 5 jaar een sperperiode alvorens men weer mag werken in datzelfde openbaar domein (art. 5.3. van de Code). Het is aan de individuele gemeente om geval per geval te beoordelen of een afwijking opportuun is. 
  • De gemeente kan een vergunning voor signalisatie voor de duur van het project afleveren. Maar bij ‘verkeershinder’ mag niet alleen rekening gehouden worden met ‘de rijweg’, maar er moet verplicht ook steeds een doorgang voorzien worden voor voetgangers en fietsers (art. 57 van de Code). De Code stipuleert ook aflevertermijnen.
  • De communicatie over de werken naar de inwoners moet (en zal wellicht ook in dit geval) minstens voldoen aan de aandachtspunten vermeld in de Code (art. 26). 
  • De maximaal openliggende sleuf bedraagt niet meer dan 250 m (art. 34.1 van de Code). 
  • Kwaliteitsvol herstel kan door het nutsbedrijf. Met belangrijk aandachtspunt dat herstel van werken categorie 3, in opdracht van het nutsbedrijf of derde opdrachtgever (andere dan de gemeente), alleen nog mag uitgevoerd worden door personen met een geldig certificaat van de opleiding ‘herstel standaardbestrating puntwerken’. (art. 37.1 van de Code).
  • Een overdracht van het openbaar domein waarop de zgn. ‘PoP’s’ (verdeelcontainers) gestald worden, is niet nodig. Dit kan ook via een domeintoelating. Voordeel is dat als dit voor het – dikwijls druk gesolliciteerde – openbaar domein nodig is, de gemeente de verplaatsing kan vragen (en dan geen gebruik moet maken van het lastige instrument van onteigening). 

Kortom, gemeenten gaan bij deze deze nutswerken tewerk zoals ze dit bij de andere werken op en in hun openbaar domein doen. 

Erwin Debruyne