Auteur: Mike Deschamps
Gepubliceerd op: 20-10-2022
Het is goed dat het Eén programma Pano het thema van antipsychotica bij ouderen onder de aandacht brengt. De VVSG pleit voor nog meer systematische en betere samenwerking tussen het woonzorgcentrum, de coördinerende en raadgevende arts(en) en de vaak vele individuele huisartsen die er over de vloer komen. Ook de bewoner en alle medewerkers, zowel zorg- als nietzorgpersoneel, en familie of een naaste worden best meegenomen in dit proces.
Meer overleg en samenwerking
De VVSG pleit voor een systematisch overleg tussen de verpleegkundige, huisarts en apotheker over het medicatieschema van een bewoner. Woonzorgcentra staan in voor de organisatie van de zorgverlening, en voor het wonen en leven samen. Het is daarom belangrijk dat niet enkel medisch geschoold personeel hier mee over waakt, maar ook de medewerkers die dagelijks in contact staan met de bewoners, de begeleiders wonen en leven, de psycholoog, ... De individuele huisarts van iedere bewoner blijft evenwel verantwoordelijk voor de behandeling van zijn patiënt, zoals de voorgeschreven medicatie. Er is ook nog de apotheker die de medicatie levert. De coördinerend arts verbonden aan het woonzorgcentrum stippelt het beleid van de voorziening uit. Deze vele partijen dienen goed te overleggen om de juiste aanpak, medicatie of alternatieven voor de bewoner op te stellen.
Elien Van de Wiele, directeur bij Zorgpunt Waasland: 'We hebben succesvolle ervaringen in onze woonzorgcentra met een systematisch overleg. De huisarts wordt uitgenodigd, al zijn patiënten in het woonzorgcentrum bespreken we. De verpleegkundige en de apotheker zijn ook aanwezig. De geneesmiddelen die niet meer nuttig zijn, schrappen we. Onze coördinerend raadgevend arts heeft dit mee opgestart. Onze apotheker biedt dit aan binnen het bestaande dienstencontract. Onze verpleegkundigen voelen ook meer betrokkenheid. Dat laatste is belangrijk, want zij geven de geneesmiddelen en kunnen zien hoe bewoners reageren. Door systematisch en regelmatig het medicatiegebruik onder de loep te nemen, verminderen we sterk wat een bewoner bij opname vaak al kreeg.'
Een aangestelde arts die bij meerdere bewoners komt
Astrid Gepts, directeur van woonzorgcentrum De Lisdodde van Zorgbedrijf Rivierenland: 'In ons woonzorgcentrum stellen we vast dat een aangestelde arts die bij verschillende bewoners komt een aantal voordelen heeft: De arts is vaak in huis, waardoor er een groot wederzijds vertrouwen is. Er is een lagere drempel om zaken bespreekbaar te maken vanuit de medewerkers en de arts vraagt ook meer door. Die multidisciplinaire reflex is sterk aanwezig. Hij heeft ook ruime ervaring met bewoners met psycho-geriatrische noden. Deze aangestelde arts is aanvullend op het uitgangspunt dat bewoners vrij zijn in hun keuze van huisarts. Zo komen er nog 47 andere huisartsen over de vloer. De wijze van samenwerken is sterk afhankelijk van huisarts tot huisarts. Het gaat dan om de aanwezigheid tijdens het multidisciplinair overleg, reactiesnelheid bij dringende oproep, luisteren naar feedback van de afdeling, aanpassen van het medicatieschema volgens de beschikbare en afgesproken geneesmiddelenlijst van de apotheek. We werken ook vaker samen met de outreachmedewerker of psycholoog van het Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg die mee kunnen zoeken naar alternatieven.'
Evaluatie bij verhuis
Bewoners verhuizen bijna nooit naar een woonzorgcentrum zonder medicijnendoos. Goede afstemming met de bewoner, het thuisfront en de thuiszorg voor de verhuis is dus cruciaal, zodat er geen informatie verloren gaat. Het is ook het moment om alles te evalueren. Vele woonzorgcentra bekijken dan ook de medicatiefiche bij een verhuis naar hun woonzorgcentrum.
Woonzorgcentra gaan ook op zoek naar alternatieven
Een woonzorgcentrum kan ook een plek zijn waar er juist minder medicatie wordt genomen. Sociaal contact, de inzet van een diversiteit aan medewerkers, begeleiders wonen en leven, psychologen, een zekere mate van structuur, het zijn enkele voorbeelden die bij de bewoner kunnen zorgen voor een bepaalde rust en houvast.
'Wij grijpen helemaal niet snel naar medicatie voor onze bewoners,' vertelt Ann Catteeuw directeur van woonzorgcentrum Ter Berken van Motena Roeselare. 'Bij veranderend gedrag of 'onbegrepen gedrag' doen we systematisch een grondige analyse: Wat zie je en wat doet de bewoner? Is er sprake van gelijkaardig gedrag in de voorgeschiedenis van de bewoner? Welke aanpak werd toen gehanteerd en was die succesvol? Ken je de gewoontes van vroeger? Voor wie is het gedrag een probleem? Er wordt niet alleen gekeken wanneer het onbegrepen gedrag ontstaat, hoelang het duurt en waar het plaats vindt, ook de gemoedstoestand, het waak en slaapritme, het medicatiebeleid, de omgevingsfactoren, de dagactiviteiten, het sociaal contact en de interactie met personeel, bewoners en bezoekers wordt mee in ogenschouw genomen. Ook in Zwevegem maken wij eerst een soortgelijke analyse en gaan we op zoek naar alternatieven zoals dementiepop, voeldekens, verzwaringsmateriaal, ...' zegt Isabel Vromant, clusterverantwoordelijke zorg. 'Vinden we het zelf niet, dan doen we beroep op de grotere specialisatie van het ziekenhuis in de hoop dat zij meer handvaten kunnen bieden en geriaters nog meer inzichten hebben.'
Het kan altijd beter
'We plannen om recente wetenschappelijke inzichten, samen met professoren van de faculteit farmacologie van de K.U.Leuven heel laagdrempelig toe te passen in de woonzorgcentra. De vele actoren dienen zich permanent bij te scholen volgens de meest recente wetenschappelijke inzichten rond medicatiegebruik, zoals antipsychotica. Goede praktijken rond alternatieven voor medicatie wisselen we onderling uit,' zo besluit Nathalie Debast van VVSG, de koepel van openbare woonzorgcentra.
De toekomst is nog meer samen
Samenwerken is de rode draad, bekeken vanuit een groter geheel dat verder gaat dan de medische bril. We pleiten echter niet voor samenwerking waarbij alles zich 'rond' de bewoner en zijn familie afspeelt. We moedigen bewoners en familieleden ook aan om bij vragen in overleg te gaan met hun huisarts en met het woonzorgcentrum. Alleen samen kunnen we komen tot een sterk verhaal, waar iedereen, maar vooral de bewoner, zicht goed bij voelt.