Auteur:

Gepubliceerd op: 22-06-2023

Hogere inkomsten door inflatie, eigen budgettaire inspanningen en extra steun van centrale overheden helpen de lokale besturen in Vlaanderen om de sterk gestegen uitgaven en kosten op te vangen. Dat besluit Belfius in een nieuwe studie van de lokale financiën.

Belfius vergeleek de originele kredieten van het boekjaar 2023 met de originele kredieten van het boekjaar 2022 en ziet zowel de uitgaven als de ontvangsten sterk stijgen. De grote inflatieopstoot was eind 2021 bij de opmaak van de kredieten voor 2022 dan ook niet voorzien, net zoals de in de loop van dit jaar afzwakkende inflatie eind 2022 bij de opmaak van de kredieten voor 2023 nog niet helemaal duidelijk was.

Ten opzicht van de kredieten voor 2022 ramen de besturen de loonkosten voor 2023 749 miljoen euro hoger. De energieprijzen worden 286 miljoen euro hoger geraamd. De individuele hulpverlening stijgt met 171 miljoen euro, grotendeels als gevolg van de Oekraïnecrisis. Volgens Belfius is het meer dan dertig jaar geleden dat de uitgaven in één jaar met meer dan 10% toenamen.

Met een jaar vertraging zien de gemeenten in 2023 de ontvangsten uit de opcentiemen op de onroerende voorheffing stijgen door de indexatie van de kadastrale inkomens en de aanvullende personenbelasting door een stijging van de lonen. Door een technische ingreep zullen de gemeenten in 2023 eenmalig 14 maanden aan toekenningen van de APB-ontvangsten genieten i.p.v. 12, wat ook een positief effect heeft op het verwachte exploitatiesaldo.

De investeringen zouden dit jaar in absolute bedragen op peil blijven. Door de hoge inflatiecijfers betekent dit dat er minder daadwerkelijke investeringen zullen gebeuren dan initieel voorzien. Veel besturen schrapten dan ook investeringsprojecten of schoven ze door. Vaak probeerde men de effectief haalbare investeringen ook realistischer te ramen. 

Binnenkort zullen we een eerste zicht hebben op hoe de inflatie de jaarrekeningen 2022 heeft beïnvloed.

Ben Gilot