Auteur:

Gepubliceerd op: 10-03-2023

Vlaamse gemeenten nemen weer meer leningen op. Dat blijkt uit de meest recente kwartaalrapporten die de VVSG heeft kunnen inkijken.

Vlaamse lokale besturen moeten elk kwartaal rapporteren over de uitgaven en ontvangsten van de voorbije drie maanden. Deze verplichting is gebaseerd op Europese regels. Hoewel de data een stuk minder rijk en volledig zijn dan die over de jaarrekeningen, bieden ze het voordeel dat ze snel een inzicht kunnen geven in grote financiële ontwikkelingen.

Zo stellen we vast dat de Vlaamse gemeenten en OCMW's in 2022 een stuk meer leningen hebben opgenomen dan in 2021, nl. voor 948 miljoen euro in plaats van 485 miljoen euro een jaar eerder, ongeveer een verdubbeling dus. Het is wachten op de jaarrekeningen van 2022 (juni 2023) voor een exact bedrag, maar de tendens is wel duidelijk.

Doordat de aflossingen van eerder aangegane leningen op ca. 750 miljoen euro bleven, betekent dit dat de uitstaande schulden van de Vlaamse lokale besturen in 2022 zijn gestegen. In 2021 en 2020 was hier nog sprake van een daling.

We zien vandaag verschillende oorzaken voor deze evolutie. Ten eerste willen gemeenten natuurlijk maximaal de voor deze legislatuur geplande investeringen ook uitvoeren, ook al zijn door de inflatie de meeste projecten een stuk duurder geworden. Op basis van de (nog onvolledige) kwartaalgegevens zouden de investeringsuitgaven voor materieel vaste activa in 2022 ongeveer 12% hoger uitkomen dan een jaar eerder.

Ten tweede leidt de sterke stijging van de prijzen ertoe dat de financiële ruimte die ontstaat door het verschil tussen de exploitatie-ontvangsten en -uitgaven kleiner is geworden. In 2022 zijn de ontvangsten met ca. 5,9% gestegen, terwijl de uitgaven met 9,1% toenamen. Daardoor zakte het (voorlopige) exploitatiesaldo van 1.214 miljoen euro in 2021 naar 894 miljoen euro in 2022.

Een derde oorzaak ligt in het feit dat veel besturen de liquiditeiten de voorbije jaren hebben afgebouwd (en daarmee een stuk van de investeringen konden financieren), maar de beschikbare middelen ook niet onder een bepaalde drempel willen laten zakken.

Ten vierde willen sommige gemeenten mogelijk de rentestijgingen voor zijn door nog snel toekomstige liquiditeitsbehoeften nu al te financieren.

Betekent deze stijging van de schulden een groot probleem? Neen, want globaal hebben de Vlaamse lokale besturen nog steeds minder schulden dan enkele jaren geleden. Bovendien is er de autofinancieringsmarge, de evenwichtsnorm die erover waakt dat besturen structureel in staat moeten zijn om voldoende middelen uit het exploitatieresultaat te halen om de aflossingen te financieren. We geven tot slot nog mee dat het ernaar uitziet dat de rentelasten op uitstaande leningen in 2022 opnieuw lager zullen uitkomen dan in 2021, dus ook daar is er nog wat ruimte, al wordt die nu natuurlijk ook ingenomen door de stijging van de intrestvoeten.

Jan Leroy