Auteur: Els Robijt
Gepubliceerd op: 30-09-2022
Dat de kinderopvang op zijn tandvlees zit is voor iedereen wel duidelijk. Lokale besturen die zelf kinderopvang organiseren proberen kost wat kost de dienstverlening op peil te houden en alle ouders een kinderopvangplaats te blijven aanbieden, ondanks het grote personeelstekort.
De vandaag tewerkgestelde kinderbegeleiders en verantwoordelijken leveren grote inspanningen, maar ervaren ook een immense werkdruk. Het is voor verantwoordelijken een enorme puzzel om uurroosters rond te krijgen. Er worden vandaag ook veel inspanningen gedaan om nieuwe medewerkers te werven. Maar de frequent wisselende uurroosters, de voortdurende vraag naar flexibiliteit en extra prestaties: het heeft zijn impact op de draagkracht van medewerkers die aan het werk blijven.
Kwaliteit en veiligheid boven alles
Opgroeien roept alle organisatoren van kinderopvang op om de kwaliteit van de opvang, de veiligheid en gezondheid van kinderen nooit in het gedrang te brengen. De personeelsuitdagingen waarmee organisatoren te kampen krijgen zijn geen reden om vergunningsvoorwaarden rond personeelsinzet, aanwezige kinderen en leefgroepgrootte te negeren. Er mogen nooit meer kinderen opgevangen worden dan wettelijk is toegelaten per kinderbegeleider en de maximale leefgroepgrootte van 18 kinderen dient steeds gerespecteerd te worden.
Naast de veiligheid van de kinderen en kwaliteit van de kinderopvang, is het als organisator ook belangrijk ook te hebben voor de draagkracht en het welbevinden van de (nog aanwezige) medewerkers. Te veel werkdruk kan leiden tot tijdelijke uitval en definitieve uitstroom, wat dan op zijn beurt opnieuw impact heeft op de dienstverlening en de kwaliteit van het aanbod.
Zorginspectie volgt beide zaken nauwgezet op tijdens (onaangekondigde) inspecties.
Noodplan en verminderde dienstverlening geen taboe meer
Lukt het als organisator niet (meer) om een kwalitatief aanbod in respect met de draagkracht van medewerkers te garanderen, dan dringt zich een noodplan op en kan het nodig zijn om de dienstverlening aan te passen.
Dit kan in de vorm van minder kinderen opvangen, opvangplannen inperken, de dienstverlening in tijd of volume (tijdelijk) verminderen of (gedeeltelijk) sluiten.
Uit de praktijk blijkt dat de meeste organisatoren die moeten overgaan tot verminderde dienstverlening het volgende beslissen: tijdelijk minder openingsuren, tijdelijk sluiten van één leefgroep of van enkele plaatsen, tijdelijk volledig sluiten of een combinatie van verschillende maatregelen.
Het is van belang om inperkingen van de dienstverlening ten gevolge van het personeelstekort te melden aan Opgroeien. Doe dit via de meldfiche van Opgroeien. Het volstaat om éénmaal per week op locatieniveau aan te geven welke maatregel(en) er ondernomen zijn en wat de reden van personeelstekort is.
Opgroeien volgt dit nauwgezet op. Gezien de prangende situatie kan in 2022 afgeweken worden van de subsidievoorwaarde zonder onmiddellijk gevolg op de subsidies.
Wacht als lokaal bestuur niet tot de draagkracht van de resterende kinderbegeleiders en verantwoordelijken volledig op is en maak gebruik van deze mogelijkheid.
