Auteur:

Gepubliceerd op: 26-03-2020

De VVSG, Bataljong, VDS en Ambrassade formuleerden in een schrijven aan de bevoegde ministers de vraag naar duidelijkheid over de opvang van schoolkinderen in de paasvakantie. Immers, nadat de Vlaamse Regering, in nauw overleg met de vrijetijdssector, beslist heeft alle recreatief jeugdaanbod in de paasvakantie te schrappen, stellen er zich nieuwe uitdagingen wat betreft de noodzakelijke minimale kinderopvang in de paasvakantie. Veel ouders uit de zorg en andere vitale beroepen, schreven hun kinderen in voor bv. speelplein, jeugd- of sportkampen, om te kunnen gaan werken. Als ook de scholen sluiten in de paasvakantie, ontstaat er bij de meeste lokale besturen - in het bijzonder die zonder of met een zeer beperkt aantal IBO’s - een tekort aan kinderopvang tot 14 jaar.

De ministers van Onderwijs, Binnenlands Bestuur, Jeugd en Welzijn beslisten om de coördinatie van de opvang van kinderen tijdens de paasvakantie bij de lokale besturen te leggen.
 

Verantwoordelijkheid lokaal bestuur

Het lokaal bestuur is verantwoordelijk voor de organisatie van de vakantieopvang van schoolkinderen voor ouders die daar nood aan hebben en voor kinderen in een kwetsbare thuissituatie. Lokale besturen krijgen de regie voor de organisatie van die opvang tijdens de paasvakantie in handen, en doen dit in nauw overleg met de bestaande lokale partners en de scholen op hun grondgebied.

Concrete doelgroep van de opvang in de paasvakantie zijn:

  • Schoolkinderen: kleuter en lagere schoolkinderen, leerlingen secundair onderwijs tot en met 14 jaar
  • Van ouders die een cruciaal beroep hebben en niet kunnen thuiswerken en met een kwetsbare thuissituatie

Het lokale bestuur zorgt voor voldoende personeel (van de buitenschoolse opvang, kinderbegeleiders, animatoren, vrijwilligers …), zelfs al vindt de vakantieopvang plaats in de schoolgebouwen. Onderwijspersoneel kan zich tijdens de paasvakantie vrijwillig aanbieden voor de opvang, al dan niet op vraag van het lokale bestuur.

Maatwerk op niveau van het lokale bestuur is nodig.

De verscherpte corona-maatregelen blijven gelden in de paasvakantie:

  • Het basisprincipe blijft dat ouders hun kinderen zo maximaal mogelijk thuis opvangen.
  • Voor de kinderen van ouders met een cruciaal beroep, sociaal of medisch kwetsbare kinderen en kinderen met een moeilijke thuissituatie blijft ook tijdens de paasvakantie de opvang gegarandeerd. Organisatoren van de opvang kunnen een attest van de werkgever opvragen aan ouders.
  • Die opvang wordt georganiseerd volgens de veiligheidsprincipes: social distancing tussen volwassenen, in stand houden van bestaande ‘contactbubbels’, kinderen worden bij voorkeur opgevangen door personen met wie ze al contact hadden, algemene hygiënemaatregelen zoals handen wassen, materiaal en oppervlaktes reinigen enz. Wanneer de bestaande opvanginitiatieven (gemeentelijk of vrij initiatief) niet (kunnen) voldoen aan die belangrijke veiligheidsprincipes of wanneer er geen buitenschoolse opvang is in de paasvakantie, dan kan het lokaal bestuur scholen en/of andere actoren in de eigen gemeente contacteren.
  • Schoolinfrastructuur blijft ook tijdens de paasvakantie ter beschikking van lokale besturen om de noodzakelijke opvang verder aan te kunnen houden. De opvang wordt zelfs bij voorkeur georganiseerd in de scholen, omwille van de contactbubbel.
  • Leerkrachten kunnen zich vrijwillig aanbieden om mee te werken in die opvang.
  • alle recreatief jeugdaanbod in de paasvakantie is geschrapt: vakantiekampen, speelpleinwerk en jeugdwerking mag in de paasvakantie niet doorgaan.

De VVSG roept de lokale besturen op om in deze situatie extra aandacht te hebben voor de kinderen in een kwetsbaar gezin.

Bij voorkeur wordt de opvang georganiseerd in de scholen, omwille van de contactbubbel. Vrijwilligers, medewerkers kinderopvang, animatoren enz. kunnen in de scholen dan de opvang voorzien. Het is volgens virologen van het grootste belang dat de samenstelling van een bestaande groep mensen - die dus eerder al contact hadden - de komende weken gelijk blijft. Dat noemt men een 'contactbubbel.' Hoe minder contact met mensen van buiten de groep, hoe kleiner de kans dat het virus in die groep geraakt (groepsbescherming). Gebeurt dat toch, dan dooft het binnen die groep sneller uit en kan het niet ontsnappen. Binnen de groep zelf ontwikkelt zich dan groepsimmuniteit.

Bekijk de actuele versie van het draaiboek.
Lees alle actuele informatie over kinderopvang in het kader van de corona-maatregelen.

Ann Lobijn